Translation of "Contado" in Dutch

Deveríamos ter-lhe contado a verdade.

We zouden hem de waarheid moeten hebben verteld.

Você devia ter me contado a verdade.

Je had me de waarheid moeten zeggen.

Queria que você tivesse me contado aquilo.

Ik wou dat je mij dat had verteld.

Ele não pode ter contado uma mentira.

Hij kan niet hebben gelogen.

Você poderia ter me contado isso antes.

- Dat had u me wel eerder kunnen zeggen.
- Dat had je me wel eerder kunnen zeggen.

Se eu soubesse disso, eu teria lhe contado.

Als ik het had geweten, had ik het je wel verteld.

Você devia ter contado a verdade a ele.

Je had hem de waarheid moeten zeggen.

- Eles concluíram que ele havia mentido.
- Eles concluíram que ele havia contado uma mentira.

Ze kwamen tot de conclusie dat hij gelogen had.