Examples of using "Sábados" in a sentence and their dutch translations:
Ga je op zaterdag naar school?
Elke zaterdag spelen we voetbal.
Zijn de winkels open op zaterdag?
Ga je op zaterdag naar school?
Op doordeweekse avonden gaat Tom om negen uur naar bed, maar op vrijdagen en zaterdagen blijft hij veel langer op.