Examples of using "Passando" in a sentence and their dutch translations:
Pardon, ik passeer.
- Gaat het goed met jullie?
- Gaat het goed met je?
- Gaat het goed met u?
We denken dat het ergste voorbij is.
Zij brengen hun wittebroodsweken in Venetië door.
Tom was niet goed.
Ik breng kerstavond door met mijn familie.
Griekenland lijdt onder een economische en maatschappelijke crisis.
Ik denk dat mijn vriend vreemdgaat.
Deze stof gaat van de vaste toestand over in de vloeibare.
- Hoe gaat het?
- Hoe gaat het met je?
- Hoe gaat het ermee?
- Hoe gaat het met u?
- Hoe maak je het?
- Hoe is het ermee?
- Hoe gaat het met jullie?