Examples of using "Passait" in a sentence and their dutch translations:
Dit gebeurde elke zomer.
Hij raasde voorbij.
Dit gebeurde vaak in de herfst.
Hij ging van spelen en lachen
durfde niemand met mij te spreken over wat er gebeurde.
Hij werd beschouwd als een door Fortuna gezegende mazzelaar.
Zo iets gebeurde hier nog nooit.
Ze kwam mij niet voorbij zonder mij te spreken.
Een tijdlang had ik niet in de gaten wat er speelde.
- Plotseling begreep ik wat er aan de hand was.
- Opeens had ik door wat er gaande was.