Translation of "Maîtrise" in Dutch

- Maîtrise-toi !
- Maîtrisez-vous !

Beheers je!

Elle maîtrise le français.

Ze beheerst het Frans.

Et cela demande une parfaite maîtrise.

Dit vraagt veel controle.

Il maîtrise deux langues étrangères en plus de l'anglais.

Hij beheerst twee vreemde talen bovenop het Engels.

Non seulement il maîtrise l'anglais, mais aussi le français.

Hij kent niet alleen Engels, maar ook Frans.

Il a une bonne maîtrise de la langue persane.

Hij kent goed Perzisch.

- La première étape de la maîtrise de ses propres émotions est la maîtrise de l'interoception.
- Pour maîtriser ses émotions, il faut d'abord maîtriser l'interoception.

- De eerste stap in het beheersen van je emoties is het beheersen van de interoceptieve vaardigheden.
- Om je emoties de baas te worden moet je eerst de kunst van interoceptie onder de knie krijgen.

Cela a réduit leur attirance et renforcé leur maîtrise d'eux-mêmes,

Dit toomde hun verleidingen in en zorgde voor zelfcontrole,

- Je suis meilleur en monocycle que Tom.
- Je maîtrise mieux le monocycle que Tom.

Ik kan beter op een eenwieler rijden dan Tom.

La maîtrise d'une seconde langue retarde certains problèmes de santé mentale pendant au moins cinq ans.

Het beheersen van een tweede taal, vertraagt bepaalde psychische problemen voor tenminste vijf jaar.

Les drakkars vikings, et une maîtrise du matelotage et de la navigation, leur ont donné la capacité de frapper

Vikingschepen, en een beheersing van zeemanschap en navigatie, gaven hen de mogelijkheid om naar believen toe te slaan