Translation of "Seulement" in Dutch

Mais pas seulement.

En bovendien,

Mais seulement voilà :

Maar hier gaat het me om:

- Je voulais seulement te parler.
- Je souhaitais seulement vous parler.

- Ik wilde alleen met je praten.
- Ik wilde alleen maar met je praten.
- Ik wilde enkel met je praten.

- Je souhaite seulement être heureuse.
- Je veux seulement être heureux.

Ik wil alleen maar gelukkig zijn.

Avec seulement trois médicaments,

Op slechts 3 medicijnen

En seulement deux générations,

In slechts twee generaties...

C'est seulement 10 dollars !

- Het kost slechts tien dollar!
- Het kost maar tien dollar!

J'ai seulement 5000 yens.

Ik heb slechts vijfduizend yen.

Si seulement je pouvais.

Ik wou dat ik het kon.

Nous étions seulement amis.

We waren gewoon vrienden.

Je veux seulement aider.

- Ik wil alleen maar helpen.
- Ik wil gewoon helpen.

Tu l'as seulement imaginé.

Je beeldt het je maar in.

Je sais seulement cela.

Ik weet alleen dit.

Tom est seulement débutant.

Tom is slechts een beginneling.

Il discutait seulement d'art.

- Hij wilde alleen over kunst praten.
- Hij praatte alleen maar over kunst.

- Personnel seulement.
- Personnel uniquement.

Uitsluitend personeel.

C'est seulement son imagination.

Het is enkel je verbeelding.

Mais avec seulement des blagues,

Maar je hebt meer nodig dan alleen grapjes

Je lance seulement un appel

Ik maak enkel het verzoek

Il avait seulement trois ans.

Hij was slechts drie jaar oud.

Il est seulement un amateur.

Hij is maar een amateur.

Pour l'instant je m'entraîne seulement.

Ik ben nu gewoon aan het opwarmen.

Tu as seulement besoin d'aide.

Je hebt gewoon hulp nodig.

Aller-retour ? Aller simple seulement.

Heen en terug? Enkele reis.

Vous devez seulement vous concentrer.

Je hoeft je alleen maar te concentreren.

Si seulement je pouvais venir.

Ik wou dat ik meekon.

Je viens seulement d'imaginer ça.

Het was maar mijn verbeelding.

Il vous faut seulement décider.

U hoeft alleen maar te beslissen.

Entrée seulement pour les étudiants.

Toegang alleen toegestaan voor studenten.

Tu dois seulement travailler dur.

- Ge moet alleen hard werken.
- Je moet alleen hard werken.

Eve boit seulement du café.

Eve drinkt alleen koffie.

J'ai seulement vu la pomme.

Ik zag alleen de appel.

Elle avait seulement vingt ans.

Ze was pas twintig jaar.

Il voulait seulement discuter d'art.

Hij wilde alleen over kunst praten.

Nous avons seulement du thé.

We hebben alleen maar thee.

Ce n'était pas seulement ce cambriolage ;

Het was niet slechts die inbraak,

Non seulement l'effet est presque immédiat,

Dus niet alleen is het effect bijna onmiddellijk zichtbaar,

Alors, et alors seulement, l'espoir viendra.

Dan, en pas dan, komt er hoop.

Notre région n'est pas seulement malade,

is de regio niet alleen ziek --

Qu'ils avaient seulement imaginés en grandissant.

waarvan zij in hun jeugd alleen maar konden dromen.

Harvard a gagné seulement quatre fois.

won Harvard slechts vier keer.

Si seulement nous avions un jardin !

Hadden we maar een tuin!

Et qui m'aide ? Encore seulement toi.

En wie helpt me? Alweer enkel jij.

Vous devez seulement nettoyer votre chambre.

Je hoeft alleen maar je kamer schoon te maken.

Si seulement je connaissais son adresse.

Als ik tenminste zijn adres wist.

- Réservé aux adultes.
- Pour adultes seulement.

- Alleen voor volwassenen.
- Enkel voor volwassenen.

Pourquoi es-tu venu seulement maintenant ?

Waarom ben je pas nu gekomen?

Elle a seulement constaté un fait.

Zij heeft gewoon een feit vastgesteld.

Je le connais seulement de nom.

Ik ken enkel zijn naam.

Je peux seulement parler pour moi.

Ik kan alleen voor mezelf praten.

Je veux seulement que tu viennes.

Ik wil alleen dat ge komt.

Noël est seulement dans trois semaines.

Kerstmis is pas over drie weken.

Si seulement je connaissais la réponse !

Als ik nu maar het antwoord wist.

Tom buvait seulement dans la cuisine.

Tom dronk alleen in de keuken.

Tom prenait seulement son petit déjeuner.

Tom ontbeet alleen.

- Il voulait seulement que sa mère soit heureuse.
- Il voulait seulement rendre sa mère heureuse.

Hij wilde zijn moeder alleen maar gelukkig maken.

Le passé peut être seulement connu, pas changé. Le futur peut être seulement changé, pas connu.

Het verleden kan men kennen, maar niet veranderen. De toekomst kan men veranderen, maar niet kennen.

Ce n'est pas seulement faux, c'est dangereux

Niet alleen onwaar, maar gevaarlijk,

Seulement un sur mille atteindra l'âge adulte.

Slechts één op de duizend bereikt de volwassenheid.

C'était seulement il y a un an.

Dat was slechts een jaar geleden.

Les pandas géants vivent seulement en Chine.

Reuzenpanda's komen alleen in China voor.

Elle est seulement jalouse de ta jeunesse.

- Ze is gewoon jaloers op je jeugdigheid.
- Ze benijdt alleen je jeugdigheid maar.

Si seulement je connaissais maintenant la réponse !

Als ik nu maar het antwoord wist.

Limiter ça seulement pour des raisons urgentes.

Beperk het tot daadwerkelijk urgente zaken.

L'allemand n'est pas seulement parlé en Allemagne.

Duits wordt niet alleen in Duitsland gesproken.

Si seulement je savais comment le faire !

Als ik maar wist hoe ik dat moet doen!

Elle avait seulement une petite somme d'argent.

Ze had maar een klein beetje geld.

Si seulement ma langue maternelle était l'arabe.

Was mijn moedertaal maar Arabisch.

Tom mange seulement de la viande blanche.

Tom eet enkel wit vlees.

Je pouvais seulement transmettre le problème oralement.

Ik heb de kwestie in feite alleen maar mondeling kunnen doorgeven.

Vos jambes enflent-elles seulement en soirée ?

Zwellen je benen alleen 's avonds op?

Pour usage externe seulement. Ne pas ingérer.

Enkel voor uitwendig gebruik, niet inslikken.

Aller et retour ou bien seulement aller ?

Heen en terug of enkele reis?

Si seulement je pouvais être comme lui.

Kon ik maar zoals hij zijn.

Si seulement j'étais de retour à Boston.

Ik wilde dat ik terug in Boston was.

L'espagnol n'est pas seulement parlé en Espagne.

Spaans wordt niet alleen in Spanje gesproken.