Examples of using "D'hier" in a sentence and their dutch translations:
We spraken over de test van gisteren.
Ik heb gisteren de hele dag geslapen.
Ik ben niet van gisteren.
Het regende gisteren de hele dag.
Het feest gisteren was veel te luidruchtig.
Ik was gisteren bijna de hele dag thuis.
- Ik ben niet van gisteren.
- Ik ben toch geen baby!
Niet alle leden waren aanwezig op de vergadering gisteren.
Bedankt voor gisteravond.
Gisteren heeft het de hele dag geregend, dus ben ik thuis gebleven.
Ik ben niet van gisteren.