Examples of using "Vêtement" in a sentence and their dutch translations:
- Ze draagt een groen gewaad.
- Ze heeft een groen gewaad aan.
Ik heb dit kledingstuk zelf gemaakt.
Ik draag helemaal geen onderbroek.
Deze kleding staat je goed.
Je schoenen passen niet bij dat pak.
Ik wil een kledingstuk kiezen... ...dat ik wel kwijt kan.
Mijn moeder heeft nieuwe kleren gemaakt.
"We geven geen kortingen," zei de vrouw streng, "ongeacht hoe klein. En wilt u nu alstublieft het pak uittrekken als u het zich niet kunt veroorloven?"