Translation of "Silahı" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Silahı" in a sentence and their dutch translations:

Silahı bırak.

Wapen neer!

Bana silahı ver.

Geef het wapen aan mij!

Kimin silahı var?

Wie heeft het wapen?

Henüz silahı bulmadık.

We hebben het wapen nog niet gevonden.

Kadının silahı dilidir.

De tong van een vrouw is haar zwaard.

Silahı masanın üzerine koy.

- Leg het geweer op de tafel.
- Leg het pistool op tafel.
- Leg het pistool op de tafel.

Onun bir silahı var.

Hij heeft een pistool.

Bana o silahı ver.

Geef me dat wapen.

Onların hiç silahı yok.

Ze hebben geen wapens.

Tom'un bir silahı vardı.

Tom had een geweer.

Silahı indirdi ve yürüyüp gitti.

En ze legde het geweer neer en liep weg.

Tom'un bir silahı var mıydı?

Had Tom een wapen?

Tom gizli bir silahı olduğunu söylüyor.

Tom zegt dat hij een geheim wapen heeft.

Tom, Mary'ye bir silahı olduğunu söyledi.

- Tom vertelde Maria dat hij een vuurwapen had.
- Tom vertelde Maria dat hij een pistool had.
- Tom vertelde Maria dat hij een geweer had.

Sami bir şok silahı satın aldı.

- Sami kocht een stungun.
- Sami heeft een stungun gekocht.

Tembel hayvanların gizli silahı dört bölmeli bir mide

Het geheime wapen van de luiaard is een maag met vier kamers