Translation of "Hiç" in Dutch

0.010 sec.

Examples of using "Hiç" in a sentence and their dutch translations:

- Hiç korkmuyorum.
- Ben hiç korkmuyorum.

- Ik ben helemaal niet bang.
- Ik heb helemaal geen angst.
- Ik heb geen greintje angst.

Hiç solmuyorlar.

En ze staan altijd in bloei.

Hiç evlenmedi.

Ze is nooit getrouwd.

Hiç olmadı.

Nooit geweest ook.

Hiç kimse.

Geen lijk.

Hiç umursamıyorum.

- Het kan me geen barst schelen.
- Het maakt me helemaal niks uit.

Hiç korkmuyorum.

- Ik ben helemaal niet bang.
- Ik heb helemaal geen angst.
- Ik heb geen greintje angst.

Hiç korkmadım.

Ik was helemaal niet bang.

- Asla!
- Hiç!

Nooit.

- Hiç Fransızca konuşmam.
- Hiç Fransızca konuşmuyorum.

Ik ken geen Frans.

- Beni hiç ırgalamaz.
- Beni hiç ilgilendirmez.

Het kan me geen laars schelen.

- Hiç kayak yapmıyordum.
- Hiç kayak yapmadım.

Ik heb nog nooit geskied.

- O hiç yoktan iyidir.
- Hiç yoktan iyidir.

Beter iets dan niets.

- Hiç para istemiyorum.
- Ben hiç para istemiyorum.

Ik wil geen geld.

Bunu hiç anlamıyorum

Ik begrijp dat niet,

Hiç cevap vermiyordum.

Ik antwoordde nooit.

Tavsiyesini hiç beklemiyordum,

Zijn advies was zo onverwacht.

Hiç kıpırdamadan durarak...

Door compleet stil te staan...

Hiç iştahım yok.

- Ik heb geen trek.
- Ik heb geen eetlust.

Hiç aç değilim.

Ik heb helemaal geen honger.

Hiç kimse bilmiyor.

Iedereen weet dat.

Sen hiç değişmedin.

- Je bent helemaal niet veranderd.
- U bent helemaal niet veranderd.
- Jullie zijn helemaal niet veranderd.

Hiç acelesi yok.

Er is geen haast.

Hiç tuz kalmadı.

Er is geen zout meer.

Hiç zamanımız yok.

We hebben geen tijd.

Onu hiç tanımam.

Ik ken haar helemaal niet.

Hiç şeker istemiyorum.

Ik wil geen suiker.

Bunu hiç anlayamıyorum.

Dat is Chinees voor mij.

Hiç şekerimiz yok.

We hebben geen suiker.

Hiç komik değil.

Dat is niet leuk.

Hiç problem yok.

- Er zijn geen problemen.
- Er is niets aan de hand.

Hiç kimse uyumadı.

Niemand sliep.

Hiç tutuklandın mı?

Ben jij ooit wel eens gearresteerd?

Hiç arkadaşım yok.

Ik heb geen vrienden.

Bunu hiç istemedim.

Ik heb hier nooit om gevraagd.

Hiç yiyecek kalmadı.

- Er is niets meer om te eten.
- Er is geen eten over.

Hiç yoktan iyidir.

Beter een half ei dan een lege dop.

Hiç kimse sormadı.

Niemand vroeg.

Hiç kimse umursamıyor.

Niemand geeft er iets om.

Seni hiç sevmedim.

Ik heb nooit van je gehouden.

Seni hiç görmedim.

- Ik heb u nooit gezien.
- Ik heb je nooit gezien.

Hiç şansın yok.

- Vergeet het maar.
- Geen kans.
- Weinig kans.

Hiç evde bulunmuyorsun.

Je bent nooit thuis.

Hiç sorun değil!

- Geen probleem!
- Geen enkel probleem!

Hiç kimse anlamıyor.

- Niemand begrijpt het.
- Niemand begrijpt.

Hiç kimse dinlemiyor.

Niemand luistert.

Hiç kimse aramadı.

Niemand heeft gebeld.

Hiç müşteri yok.

Er zijn geen klanten.

Hiç çatal yoktu.

Er waren geen vorken.

Hiç evlendin mi?

Ben je ooit getrouwd?

Hiç kimse yoktu.

Er was niemand aanwezig.

Tom hiç gülümsemez.

Tom lacht nooit.

Onu hiç affetmeyeceğim.

Ik zal haar nooit vergeven.

Hiç kedi yoktu.

Er waren geen katten.

O hiç çalışmadı.

Hij heeft helemaal niet geleerd.

Beni hiç şaşırtmadı.

Het verbaast me niet.

Hiç kimse gelmedi.

Er is niemand gekomen.

Paris'te hiç bulunmadım.

Ik ben nooit in Parijs geweest.

Hiç param yok.

Ik heb geen geld.

Hiç makyaj yapmıyorum.

Ik draag helemaal geen make-up.

Hiç kimseden korkmam.

Ik ben voor niemand bang.

Noel'i hiç sevmedim.

Ik heb nooit van Kerstmis gehouden.

Hiç kanıtımız yok.

We hebben geen bewijs.

Erkeklerle hiç ilgilenmiyordu.

Zij interesseerde zich totaal niet voor jongens.

Fransızcayı hiç anlamam.

Ik begrijp helemaal niets van Frans.

Hiç oy vermedim.

Ik heb nog nooit gestemd.

Gerçeği hiç öğrenmedi.

Hij heeft de waarheid nooit ontdekt.

Hiç acelemiz yok.

We hebben geen haast.

Hiç uyudun mu?

- Heb je überhaupt geslapen?
- Heb je wel wat kunnen slapen?

Hiç endişem yok.

Ik maak me helemaal geen zorgen.

Hiç Fransızca bilmiyorum.

Ik spreek helemaal geen Frans.

Hiç kimse bilmeyecek.

Niemand komt erachter.

Mikronezya'ya hiç gitmedim.

Ik ben nog nooit in Micronesië geweest.

Ben hiç korkmuyorum.

- Ik heb helemaal geen angst.
- Ik heb geen greintje angst.

Beni hiç ilgilendirmez.

Het zijn mijn zaken niet.

Onu hiç yapmadım.

- Dat heb ik nooit gedaan.
- Dat heb ik nog nooit gedaan.

Hiç kimse gülmedi.

Niemand lachte.

Arjantin'e hiç gitmedim.

Ik ben nog nooit in Argentinië geweest.

Hiç kimseye söylemedim.

Ik heb het aan niemand verteld.

Hiç sorumuz yok.

We hebben geen vragen.

Hiç ödül beklemiyordum.

- Ik had geen geschenk verwacht.
- Ik had geen cadeau verwacht.

Tom hiç gelmedi.

Tom is nooit aangekomen.

Hiç altın yok.

Er is geen goud.

Hiç kahve yok.

Er is geen koffie.

Hiç seçenek yok.

Er is geen keuze.

Hiç kanıtım yok.

Ik heb geen enkel bewijs.

Hiç çocuğum yok.

Ik heb geen kinderen.

Hiç sorunum yoktu.

Ik had geen problemen.

Onu hiç anlamadım.

Ik heb haar nooit begrepen.

Onu hiç sevmiyorum.

Dat staat me helemaal niet aan.

Onu hiç unutma.

- Vergeet het nooit.
- Vergeet dat nooit.