Examples of using "Partide" in a sentence and their dutch translations:
Ze was in het wit gekleed tijdens het feest.
Ik heb mijzelf vermaakt op het feest gisteren.
Ze hadden het naar hun zin op het feest.
We waren allemaal aanwezig op het feest.
Tom was niet op het feestje.
Ze was aanwezig op het feestje.
Ik leerde mijn vrouw kennen op een feestje.
Veel plezier op het feestje, John.
Ik kwam Mary tegen op het feest afgelopen week.
Er waren maar zes mensen op het feest.
Tom was de enige die niet op het feest was.
Hij moet een toespraak houden tijdens het feest.
Er waren veel mensen op het feest.
Meer dan 100 mensen waren op het feest.
Tom en Mary wisselden op het feestje hun nummer uit.
Herinner jij je wat Cathy droeg op het feestje?
Tom nam aan dat Maria niet bij het feestje zou zijn.
Laten we iets voor jou kopen om naar het feest te dragen.
Ik liep vorige week op een feestje Mary tegen het lijf.
Tom vermaakte zich niet op het feest.
Ik heb hem vorig jaar op een feestje ontmoet.
Doe Nancy alsjeblieft de groeten als je haar op het feestje ziet.
Ze kwam niet opdagen op het feestje, maar niemand weet waarom niet.
Doe haar de groeten als je haar ziet op het feest.
Je gaat dat toch niet dragen voor het feest, toch?