Examples of using "Espada" in a sentence and their dutch translations:
Ik wil zo'n zwaard!
Ik heb geen zwaard.
Hij werd gedood met een zwaard.
Waar is je zwaard?
Waar is mijn zwaard?
geeft hem zijn zwaard om trouw te zweren.
- De pen is machtiger dan het zwaard.
- De pen heeft meer macht dan het zwaard.
- Hij is gevangen tussen de duivel en de diepe blauwe zee.
- Hij zit tussen twee vuren.
- Hij zit klem.
- Hij heeft de keuze tussen de pest en de cholera.
De tong van een vrouw is haar zwaard.
Geef hem een zwaard opdat hij niet wordt doodgemaakt.
Volgens de legende ontving hij persoonlijk zijn zwaard van de goden.
Hardrada wierp zich in het heetst van de strijd, ongewapend, zijn zwaard met