Translation of "Mondanod" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Mondanod" in a sentence and their dutch translations:

Le kellene mondanod.

- Je zou ontslag moeten nemen.
- U zou ontslag moeten nemen.
- Jullie zouden ontslag moeten nemen.

El kell mondanod.

- U moet het me vertellen.
- Jullie moeten het me vertellen.

Az igazat kell mondanod!

Je moet de waarheid zeggen.

Ezt tegnap mondanod kellett volna.

Dat had je me gisteren moeten vertellen!

Nem kéne ilyeneket mondanod gyerekek előtt.

Dat soort dingen moet je niet zeggen als er kinderen in de buurt zijn.

Ezt tegnap meg kellett volna mondanod.

Je had me dat gisteren moeten vertellen.

Igazán meg kellett volna mondanod korábban.

Dit had je me echt eerder moeten zeggen.

Már először el kellett volna mondanod.

Je had het me de eerste keer kunnen zeggen.

Korábban el kellett volna mondanod nekem.

- Dat had je me eerder moeten vertellen.
- Dat had je me eerder moeten zeggen.

Ha nincs mit mondanod, ne mondj semmit.

- Als ge niets te zeggen hebt, zeg dan niets.
- Als je niets te zeggen hebt, zeg dan niets.

- Nem kell mondanod semmit; mindent értek.
- Nincs szükség rá, hogy bármit is mondj, megértettem mindent.
- Semmit sem kell mondanod, minden világos.

Je hoeft niets te zeggen, ik heb alles begrepen.