Translation of "Ruim" in Dutch

Que filme ruim!

- Wat een slechte film!
- Wat voor een slechte film.

Isso seria ruim.

Dat zou slecht zijn.

Tudo é ruim.

Alles is slecht.

Foi um filme ruim.

Het was een slechte film.

Este dicionário é ruim.

Dit woordenboek is niet goed.

O tempo ficou ruim.

Het weer verslechterde.

O tempo está ruim.

Het is slecht weer.

Erva ruim não morre.

Onkruid vergaat niet.

O tempo está ruim ultimamente.

We hebben de laatste tijd slecht weer gehad.

Essa ideia não é ruim.

Dat is geen slecht idee.

Toda a carne estava ruim.

Al het vlees was slecht.

A caligrafia dele é ruim.

Hij heeft een slecht handschrift.

Não é tão ruim assim.

Het valt wel mee.

A ideia não é ruim.

Het idee is niet slecht.

Isso é ruim para você.

Het is slecht voor je.

Aquilo não foi tão ruim.

Dat viel wel mee.

Este avião é tão ruim.

Het vliegtuig is zo lelijk.

Esta é uma tradução ruim.

Dat is een slechte vertaling.

O leite estava com gosto ruim.

De melk smaakte slecht.

- Foi realmente mau.
- Foi realmente ruim.

Het was echt slecht.

Porque a situação atual é ruim.

Maar de huidige situatie is niet goed.

Beber é ruim para a saúde.

Drank is slecht voor de gezondheid.

Este lugar não é tão ruim.

Deze plek is zo slecht nog niet.

O tempo estava muito ruim ontem.

Het weer was gisteren erg slecht.

A carne está com um gosto ruim.

Het vlees smaakt slecht.

- O tempo piorou.
- O tempo ficou ruim.

Het weer verslechterde.

Fumar é ruim para a sua saúde.

Roken is niet goed voor de gezondheid.

Tom mora numa parte ruim da cidade.

Tom woont in een slecht deel van de stad.

Aceitemos a vida, seja boa ou ruim.

We moeten het leven aanvaarden, ten goede of ten kwade.

Acho que meu japonês é muito ruim.

Ik vind mijn Japans erg slecht.

A ideia em si não é ruim.

Het idee is op zich niet slecht.

Você é tão ruim quanto o Tom.

- Je bent net zo erg als Tom.
- Je bent net zo slecht als Tom.
- Jij bent net zo slecht als Tom.
- Jij bent net zo erg als Tom.

Você não deve sair neste tempo ruim.

U moet niet naar buiten gaan in dit slechte weer.

A colheita ruim provocou grande escassez de comida.

De slechte oogst heeft massale voedseltekorten veroorzaakt.

- A guerra é má.
- A guerra é ruim.

Oorlog is kwaadaardig.

Não é tão ruim quanto eu pensei que fosse.

Het is niet zo erg als ik dacht.

Que alguém como eu, que é tão ruim de papo,

dat iemand zoals ik, die zo slecht is in praatjes,

Eu sou ruim em cantar na frente de outras pessoas.

Ik zing niet graag in het openbaar.

Uma, que sou ruim em falar, que sou boa em falar;

Eén: Ik ben slecht in praten, ik ben goed in praten.

- Não tenho talento para esportes.
- Sou ruim com esportes.
- Esportes não são minha praia.

Ik ben slecht in sport.

- Contar mentiras é um hábito muito ruim.
- Contar mentiras é um hábito muito feio.

Liegen is een heel slechte gewoonte.

Minha esposa é sincera demais. Só não sei se isso é bom ou ruim.

Mijn vrouw is te eerlijk. Ik weet niet of dat goed of slecht is.

O filme não foi nem um pouco tão ruim quanto Mary disse que ele era.

De film was bij lange na niet zo slecht als Mary had gezegd.