Translation of "Rinunciare" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "Rinunciare" in a sentence and their dutch translations:

Non rinunciare!

Geef niet op!

- Ho dovuto rinunciare al mio piano.
- Dovetti rinunciare al mio piano.

Ik moest mijn plan opgeven.

Dovevo rinunciare ad organizzarla.

Dat moest ik loslaten.

Mai rinunciare. Mai arrendersi.

Geef nooit op. Geef u nooit over.

E' stata obbligata a rinunciare al piano.

Zij was genoodzaakt het plan op te geven.

Far diventare verde la vostra dieta non significa rinunciare a qualcosa.

Een groen dieet betekent niet dat je dingen moet opgeven.

Alla quale siete pronti a rinunciare, pensateci, non so cosa sia,

dat je bereid bent los te laten; denk eraan, ik weet niet wat het is,

- Ti consiglio di smettere di bere.
- Ti consiglio di rinunciare a bere.

Ik raad u aan te stoppen met drinken.

Non voglio rinunciare alle mie idee, anche se alcune di queste sono un poco estreme.

Ik wil mijn ideeën niet kwijtraken, zelfs als sommige ervan een beetje extreem zijn.