Translation of "Aanbieden" in English

0.014 sec.

Examples of using "Aanbieden" in a sentence and their english translations:

Ze mogen iets anders aanbieden.

They can offer something else.

Tom zal zijn excuses aanbieden.

Tom will apologize.

Dat we onze hersenactiviteit zullen aanbieden

That we will trade our brain activity

Mag ik je een drankje aanbieden?

Let me buy you a drink.

Ik wou gewoon mijn excuses aanbieden.

I just wanted to apologize.

Laat me je een drankje aanbieden.

Allow me to offer you a toast.

Ik zal eerst mijn excuses aanbieden.

I'll apologize first.

Kan ik u iets te drinken aanbieden?

Can I get you something to drink?

Ik moet mijn verontschuldigingen aanbieden aan Ann.

I need to apologize to Ann.

Je moet je excuses aanbieden aan Tom.

- You've got to apologize to Tom.
- You must apologize to Tom.

Mag ik u nog een stukje gebak aanbieden?

Can I offer you another piece of cake?

Ik zal haar bellen en mijn excuses aanbieden.

I'll call her and apologize.

- U moet uw excuses aanbieden aan Tom.
- Jullie moeten zich verontschuldigen bij Tom.
- Je moet je excuses aanbieden aan Tom.

You must apologize to Tom.

- Ik wil me verontschuldigen.
- Ik wil mijn excuses aanbieden.

- I want to apologize.
- I'd like to apologize.

Opdat de gebruikers inhoud kunnen blijven aanbieden en websites maken

so the users can keep hosting content and create websites

Ik zou je een koffie aanbieden als je tijd had.

I would offer you a coffee if you had the time.

- Jij moet je excuses aanbieden.
- Je zou je moeten verontschuldigen.

- You should apologize.
- You need to apologize.

Onder de huidige omstandigheden kunnen wij geen verdere prijsverlaging aanbieden.

We cannot offer a further price reduction under the current circumstances.

- Laat me een drankje voor je betalen.
- Laat me je een drankje aanbieden.

Let me buy you a drink.

Ik wil mijn excuses aanbieden voor alle dingen die ik eerder vandaag zei.

I want to apologize for all the things I said earlier today.

- Laat me een drankje voor je betalen.
- Mag ik je een drankje aanbieden?

Let me buy you a drink.

- U moet uw excuses aanbieden aan Tom.
- Zij moeten zich verontschuldigen bij Tom.

You must apologize to Tom.

- Jullie moeten zich verontschuldigen bij Tom.
- Je moet je excuses aanbieden aan Tom.

You must apologize to Tom.

- Kan ik u iets te drinken brengen?
- Kan ik u iets te drinken aanbieden?

Can I get you something to drink?