Examples of using "плана" in a sentence and their dutch translations:
We hebben geen plan.
De meisjes hadden bezwaar tegen ons plan.
Ik heb geen plan B.
Blijven we bij ons plan van de wrakstukken?
Ben je voor of tegen mijn project?
Ik wil niet afwijken van het plan.
Ik had geen plan B.
Ik was gedwongen te stoppen met het plan.
Ik heb niet echt een plan.
Je wilt gewoon proberen en blijven doorvechten... ...zonder een plan?
Blijven we bij ons plan van de wrakstukken? Of proberen we eerst ons water bij te vullen?