Translation of "Numa" in Dutch

0.018 sec.

Examples of using "Numa" in a sentence and their dutch translations:

Moro numa cidade.

Ik woon in een stad.

Eu trabalhava numa fazenda.

Ik werkte op een boerderij.

Estamos numa situação difícil.

We zitten in een moeilijke situatie.

Estou morando numa cidade.

Ik woon in een stad.

Eles moram numa casa.

Zij wonen in een huis.

Tom trabalha numa pizzaria.

Tom werkt in een pizzeria.

- Posso colocar as coisas numa caixa.
- Posso botar as coisas numa caixa.
- Posso pôr as coisas numa caixa.

Ik kan dingen in een doos steken.

numa das áreas mais pobres.

...in een van de armste gebieden.

Quero morar numa cidade grande.

Ik wil in een grote stad leven.

Ele cresceu numa pequena aldeia.

Hij is in een klein dorp opgegroeid.

Elas moram numa casa grande.

Ze wonen in een groot huis.

Eles moram numa casa grande.

Ze wonen in een groot huis.

Minha mãe trabalha numa fábrica.

- Mijn mama werkt in een fabriek.
- Mijn moeder werkt in een fabriek.

Meu pai trabalha numa fábrica.

Mijn vader werkt in een fabriek.

Tom mora numa casa grande.

Tom woont in een groot huis.

Ela mora numa casa grande.

Hij woont in een enorm huis.

Tom mora numa área rural.

Tom leeft op het platteland.

Eu não durmo numa cama.

Ik slaap niet in een bed.

Enrola-o numa fração de segundo.

Ze rolt hem op in een fractie van een seconde.

Geralmente há um órgão numa igreja.

Meestal is er in een kerk een orgel.

Matar dois coelhos numa cajadada só.

Twee vliegen in een klap slaan.

O enxofre queima numa chama azul.

Zwavel brandt met een blauwe vlam.

Arrumei emprego numa loja de brinquedos.

Ik vond een baan in een speelgoedwinkel.

Ela trabalha numa loja de tatuagem.

Ze werkt in een tatoeage-studio.

Ele trabalha numa loja de tatuagem.

Hij werkt in een tatoeage-studio.

Estive numa loja de sapatos ontem.

Ik ging gisteren naar de schoenenwinkel.

Eles prenderam o ladrão numa árvore.

Ze bonden de dief vast aan een boom.

Gosto de dormir numa cama macia.

Ik slaap graag in een zacht bed.

Numa árvore alta bate o raio.

Hoge bomen vangen veel wind.

Eu estou tomando café numa cafeteria.

Ik ben koffie aan het drinken in een café.

Eu coloquei meu dinheiro numa bolsa.

Ik heb mijn geld in een portemonnee gedaan.

Um urso pode subir numa árvore.

Een beer kan in een boom klimmen.

O gato está dormindo numa cadeira.

De kat slaapt op een stoel.

Ele mora sozinho numa casa enorme.

Hij woont alleen in een enorm huis.

Conseguem enfiar o nariz numa pequena fenda.

Ze kunnen hun neus in een klein kiertje steken.

Recebi as alianças numa caixinha de veludo.

Ik ontving de ringen in een fluwelen kistje.

A ideia numa me passou pela cabeça.

Dit idee is nooit in mijn hoofd gekomen.

O desenho foi colocado numa linda moldura.

De tekening werd in een mooie lijst geplaatst.

Ele ensina artes e ofícios numa escola.

Hij geeft handvaardigheidsles op school.

Ele agora está numa situação muito difícil.

Hij bevindt zich nu in een heel moeilijke situatie.

- Vivemos em uma casa.
- Moramos numa casa.

We wonen in een huis.

Eu moro numa cidade perto de Boston.

Ik woon in een stad in de buurt van Boston.

Tom mora numa parte ruim da cidade.

Tom woont in een slecht deel van de stad.

Eu o comprei numa loja de departamento.

Ik heb het in een warenhuis gekocht.

... numa aldeia remota mesmo no centro da selva.

...naar een afgelegen dorp in het hart van de jungle.

Vamos ver se temos sorte numa das árvores.

Laten we een van deze bomen proberen.

Mas é difícil caçar numa paisagem tão exposta.

Maar het is lastig jagen op zo'n open veld.

Vale a pena investigar uma cavidade numa árvore.

Een boomholte is het onderzoeken waard.

Três lesões numa perna e duas no abdómen.

Drie verwondingen aan één been en twee aan mijn onderbuik.

numa velhota de vestido extraordinária, vacilante e fluida.

...in een buitengewone, wiebelige, oude dame in een jurk.

Ele aparece numa esquina e vê um caranguejo.

Ze gaat een hoek om en ziet een krab.

É fácil para um macaco subir numa árvore.

In een boom klimmen is voor een aap gemakkelijk.

Ela estacionou o seu carro numa vaga vazia.

Ze parkeerde haar auto op een onbebouwd stuk grond.

Os genes consistem numa sequência específica do DNA.

Genen bestaan ​​uit een specifieke DNA-sequentie.

Quando eu era pequeno pisei acidentalmente numa minhoca.

Toen ik klein was trapte ik per ongeluk op een worm.

Tu podes cozinhar deliciosas comidas numa velha frigideira.

Jij kan heerlijk eten maken in een oude pan.

Não consigo pensar numa lenda urbana positiva sobre leopardos.

Ik kan geen enkel oud verhaal bedenken dat positief is over luipaarden.

Talvez a coleira ficasse presa numa pedra, ou algo.

Misschien is de halsband achter een rots blijven haken.

Nunca se entra numa mina sem circulação de ar!

Ga nooit een mijngang in waar geen tocht is.

Então, quando nos envolvemos numa relação ou nos apaixonamos,

Als je een relatie aangaat of verliefd wordt...

Uma vez viveu uma velha mulher numa pequena ilha.

Er was eens een oude vrouw op een eilandje.

- Moro numa pequena pensão.
- Eu moro num pequeno pensionato.

Ik verblijf in een klein pensionnetje.

- Eles moram numa casa.
- Eles moram em uma casa.

Zij wonen in een huis.

- Tom trabalha em uma fábrica.
- Tom trabalha numa fábrica.

Tom werkt in een fabriek.

Tom mora numa cidadezinha não muito distante de Boston.

Tom woont in een kleine stad niet ver van Boston.

- Ele trabalha numa fábrica.
- Ele trabalha em uma fábrica.

Hij werkt in een fabriek.

- Ele tropeçou em uma pedra.
- Ele tropeçou numa pedra.

Hij is over een steen gestruikeld.

Não acredito numa só palavra do que você diz.

Ik geloof geen woord van wat je zegt.

- Tire o seu chapéu quando você entra numa sala de aula.
- Tira o teu chapéu quando tu entras numa sala de aula.

Zet je hoed af wanneer je een klaslokaal binnenkomt.

Mas se olharmos à volta, mesmo numa árvore como esta,

Als we rondkijken... ...zelfs een boom als deze.

Os arrastões podem recolher centenas de toneladas numa única pescaria.

Sleepnetten kunnen honderden tonnen per trip opscheppen.

Fazem vocalizações numa frequência distinta dos restantes sons da floresta.

Ze roepen op een frequentie die door het normale geluid heen gaat.

De que, se urinássemos numa lata, deixássemos repousar um tempo

...dat, als je in een blikje plast en het even laat staan...

Quando o viu pela primeira vez? Foi numa ação militar,

Wanneer zag je hem voor het eerst? Het was bij een militair optreden...

Numa situação como estas, não temos escolha senão pedir ajuda.

In een situatie als deze kun je niet anders dan om extractie verzoeken.

Põe o corpo numa postura estranha que parece uma pedra.

Ze neemt een vreemde houding aan die op een rots lijkt.

E é assim que funciona. Numa criatividade incrível para enganar.

En zo werkt ze. Deze ongelooflijke creativiteit om te misleiden.

Aquilo podia ter acabado numa incrível interação e confiança profunda,

Het had een ongelooflijke interactie en vertrouwen kunnen opleveren.

- Eu moro em uma casa velha.
- Moro numa casa velha.

Ik woon in een oud huis.

Numa competição um contra um com um humano, não há competição.

In een een-op-een strijd tegen een mens wint hij zeker.

Mas, desta vez, preciso da sua ajuda numa nova aventura interativa, 

Maar nu heb ik jouw hulp nodig... ...in een nieuw interactief avontuur...

Mas os seus sentidos extraordinários estão concentrados numa tarefa. Procurar alimento.

Maar haar ongelooflijke zintuigen richten zich op één taak. Aas zoeken.

Usará toda a sua energia para voar vários quilómetros numa noite.

Hij gebruikt al zijn energie en vliegt meerdere kilometers op één avond.

Eu trabalhei numa agência de correios durante as férias de verão.

In de zomervakantie heb ik op een postkantoor gewerkt.

- Tom está subindo em uma árvore.
- Tom está subindo numa árvore.

- Tom beklimt een boom.
- Tom klimt in een boom.