Translation of "Pozostać" in Dutch

0.002 sec.

Examples of using "Pozostać" in a sentence and their dutch translations:

Planuję pozostać tam na tydzień.

- Ik ben van plan daar een week te blijven.
- Ik ben van plan om daar een week te blijven.

Nikt nie chce pozostać poza bezpiecznym stadem.

Niemand wil de veiligheid van de zwerm verlaten.

Więc mam przekroczyć ten wąwóz i pozostać na górze?

Dus je wilt dat ik de kloof oversteek en boven blijf?

Ale gorące noce w dżungli oznaczają, że może pozostać aktywny po zmroku.

Maar op warme junglenachten kan hij in het donker actief blijven.