Examples of using "Habiter" in a sentence and their dutch translations:
Ik zou graag in Frankrijk wonen.
Waar wil je wonen?
Ik wil in Italië wonen.
Jij gaat in de stad wonen.
Tom wou in Boston wonen.
Ik wil in een kasteel wonen.
Ze zijn op zoek naar een huis om in te leven.
- Ik wil in Italië wonen.
- Ik wil in Italië leven.
Ze beschouwde Canada als het ideale land om te wonen.
Ik wilde in Parijs wonen.
- Ik weet mijn adres nog niet, ik ga een tijdje bij mijn vriend wonen.
- Ik weet mijn adres nog niet, ik ga een tijdje bij mijn vriendin wonen.
Natuurlijk zijn er veel meer redenen waarom ik graag in Nederland woon.
Ik weet mijn adres nog niet, ik ga een tijdje bij mijn vriendin wonen.
Ik weet mijn adres nog niet, ik ga een tijdje bij mijn vriend wonen.
Natuurlijk zijn er veel meer redenen waarom ik graag in Nederland woon.