Translation of "Lag" in Spanish

0.014 sec.

Examples of using "Lag" in a sentence and their spanish translations:

Tom lag op zijn rug.

Tom se acostó boca arriba.

Hij lag op zijn rug.

Él estaba tirado de espaldas.

De kamer lag geheel overhoop.

La habitación estaba toda desorganizada.

De kat lag te zonnen.

El gato está tumbado al sol.

Ik lag op mijn buik.

Me eché bocabajo.

Het besluit lag aan jou.

La decisión era tuya.

De stad lag te slapen.

La ciudad dormía.

- Het ganse gezin lag ziek in bed.
- Het hele gezin lag ziek in bed.

Toda la familia estaba enferma y en cama.

...lag het armoedecijfer rond de 39%.

Un 39 y pico por ciento de pobreza.

Het kind lag op de bank.

- El muchacho estaba tirado encima del sofá.
- El niño estaba echado encima del sofá.

Dennis lag plat op de vloer.

Dennis estaba estirado en el suelo.

De pop lag op de grond.

La muñeca estaba tirada en el piso.

Lag er één boek op tafel?

¿Había un libro encima de la mesa?

De straat lag bezaaid met reclame.

La calle estaba cubierta de anuncios publicitarios.

Ik lag een week in het ziekenhuis.

- Estuve una semana en el hospital.
- Llevo una semana en el hospital.

De hele stad lag in het donker.

Toda la ciudad quedó a oscuras.

De soldaat lag gewond op de grond.

El soldado yacía herido en el suelo.

Afgelopen zondag lag Tom ziek op bed.

Tom estuvo en cama enfermo el domingo pasado.

Lag er een boek op de schrijftafel?

¿Había un libro sobre el escritorio?

Ik lag daar, een deel van het bos

En medio del bosque

Hij lag daar met zijn benen samen gebonden.

Él estaba tirado ahí con las piernas amarradas.

Toen hij bijkwam, lag hij in het park.

Cuando volvió en sí, estaba tirado en el parque.

Hij lag op een sofa met gesloten ogen.

Estaba acostado en un sofá con los ojos cerrados.

In de hotelkamer lag een watermeloen op tafel.

En la pieza del hotel había una sandía encima de la mesa.

Het jongetje lag in zijn bed te slapen.

El niño estaba durmiendo en la cama.

Toen ik bijkwam lag ik in een ziekenhuis.

Cuando recuperé la conciencia, estaba en el hospital.

Hij lag in een doodsstrijd tot de dokter aankwam.

Él yació agonizante hasta que llegó el médico.

De tijger lag in het midden van de kooi.

El tigre se recostó en el medio de la jaula.

Toen ik uit de kamer kwam waar de moeder lag,

Porque cuando salí de la habitación de esa madre,

Ik zag een grote hond die voor meneer Hills huis lag.

Vi a un perro grande echado frente a la casa de don Hill.

...en lag drie uur lang bewusteloos te bloeden voordat er hulp was.

Pasó tres horas inconsciente y sangrando antes de que llegara la ayuda.

Na een wanhopige laatste stand, lag Hrolf dood, omringd door zijn kampioenen.

Después de una última batalla desesperada, Hrolf yacía muerto, rodeado por sus campeones.

Zijn moeder zei dat hij sinds vijf weken ziek in bed lag.

Su madre dijo que llevaba cinco semanas enferma en la cama.

Ik moest op de landkaart kijken om te zien waar Breda lag.

Tuve que mirar el mapa para ver dónde quedaba Breda.

- Ik vond mijzelf liggend op mijn kamer.
- Ik merkte dat ik in mijn kamer lag.

Me encontré tumbado en mi habitación.

- Het was duidelijk dat ze gelogen hadden.
- Het lag voor de hand dat ze gelogen hadden.

- Era obvio que habían mentido.
- Era obvio que ellos habían mentido.

Zijn naam lag op het puntje van mijn tong, maar ik kon het me niet herinneren.

Tenía su nombre en la punta de la lengua, pero no lograba recordarlo.

Toen ik klein was zorgde mijn moeder ervoor dat ik alles opat wat er op mijn bord lag.

Cuando era un niño, mi madre me obligaba a comerme todo lo que había en mi plato.

- Leg het boek terug waar het lag.
- Leg het boek terug waar het stond.
- Leg het boek terug waar het was.

- Vuelve a poner el libro en su sitio.
- Pon el libro donde estaba.

Begin maart viel de dooi in en lag het meer al gauw vol ijsschotsen, en op één daarvan zat een klein, eenzaam poesje.

A principios de marzo comenzó el deshielo y el lago se llenó de pronto de témpanos de hielo, y en uno de ellos había un pequeño, solitario gatito.

- Iene miene mutte, tien pond grutte, tien pond kaas, wie is de baas?
- Onder de piano lag een ei, in dat ei daar zat een brief, waarop te lezen stond wie is uw lief?
- Onder de piano ligt een flesje bier; al wie er van drinkt, stinkt!
- Op de brug zit een mug met haar muil wijd open; zeven ezels, achttien kwezels zijn erin gekropen.

- Aserrín, aserrán, los maderos de San Juan, piden pan, no les dan, piden queso les dan hueso y les cortan el pescuezo.
- Una, Dola, trela, cuatrola, quina, quinete, estaba la reina en su gabinete. Vino Gil, apagó el candil, candil, candilón, cuenta las veinte que las veinte son.
- Una, dole, tele, catole, quile, quilete, estaba la reina en su gabinete, vino Gil, apagó el candil, candil, candilón, civil y ladrón.