Examples of using "Müze" in a sentence and their dutch translations:
Waar is het museum?
Het museum is nu gesloten.
Waar is het dichtstbijzijnde museum?
Is het museum vandaag open?
Er zijn 150 musea in Kazachstan.
Dat is geen museum.
Hoe ver is het van hier naar het museum?
Op zondag is het museum niet open.
- Dit museum is al sinds vijf jaar gesloten.
- Dit museum is reeds vijf jaar gesloten.
- Dit museum is sinds ruim vijf jaar dicht.
- Hoeveel musea heb je bezocht?
- Hoeveel museums heb je bezocht?
- Hoeveel musea heeft u bezocht?
- Hoeveel museums heeft u bezocht?
- Hoeveel musea hebben jullie bezocht?
- Hoeveel museums hebben jullie bezocht?
Wanneer is het museum open?
Het museum gaat open om 9 uur 's ochtends.
Als ik tijd had, zou ik meer naar tentoonstellingen gaan.
In die stad zijn er theaters, musea, bibliotheken en parken.
In de Nederlandse stad Maastricht zouden er 53 kerken moeten zijn; enkelen daarvan worden inmiddels als winkel, café of museum gebruikt.