Examples of using "Değil" in a sentence and their dutch translations:
Je naam is niet Tom, of wel?
Dat kan me niet schelen!
Het is toch geen Kerstmis, of wel?
Dat is geen probleem.
- Dit is niet grappig.
- Dat is niet grappig!
Dit is niet Portugees.
Niks slims. Niks inspirerends.
Hij is niet hier, toch?
Het is niet mogelijk, nietwaar?
Het is niet koud.
Dat is toch niet eerlijk?
- Dat zal me een worst zijn.
- Mij maakt het niet uit.
- Dat maakt mij niets uit.
- Dat kan mij niets schelen.
- Het kan me niet schelen.
- Het maakt me niet uit.
- Het interesseert me niet.
Hij is geen Algerijn.
Hij is niet boos.
- Is dat niet schattig?
- Is het niet schattig?
Toch?
Geen grapje.
- Lang niet gek gedaan.
- Niet slecht.
Dat is niet mogelijk!
Het is niet schoon.
Dat is niet grappig!
Dat speelt geen rol.
Niet hier!
Het is niet praktisch.
Het is niet dom.
Dat moet niet.
Waarschijnlijk niet.
Het is daar niet.
Nog niet.
Het is niet kapot.
Het is geen Kerstmis.
Het is geen virus.
Zo is het niet.
Dat kan me niet schelen!
Hij is niet ziek.
Da's niet gek!
Hij is niet beschikbaar.
- Het leven is oneerlijk.
- Het leven is niet eerlijk.
Ben je in de stad?
- Heb je geen honger?
- Hebben jullie geen honger?
Tom is niet zo betrouwbaar, of wel?
Tom heeft toch niet nog steeds honger, of wel?
- Ben je niet moe?
- Bent u niet moe?
- Dat is niet veilig.
- Dit is niet veilig.
Dat is Tom niet.
- Zijt ge niet gelukkig?
- Bent u niet gelukkig?
Het is geen vis.
- Ben je niet zenuwachtig?
- Ben je niet nerveus?
- Bent u niet nerveus?
- Bent u niet zenuwachtig?
- Zijn jullie niet nerveus?
- Zijn jullie niet zenuwachtig?
Dat is niet belangrijk.
- Je bent vast moe.
- Je bent moe, niet?
- Je bent moe, nietwaar?
Dat kan niet.
- Dit is niet gratis.
- Het is niet gratis.
- Het is niet belangrijk.
- Het maakt niets uit.
- Het doet er niet toe.
Ziet iedereen dat? Gaaf, nietwaar?
- Je bent vast moe.
- Je bent moe, niet?
- Je bent moe, nietwaar?
Jij kan niet zwemmen, of toch?
- Hij is niet mijn vader.
- Hij is mijn vader niet.
Da's niet gek!
Tom is geen held.
Het is geen echt geld.
Dat is geen sinecure.
Is helemaal geen probleem, toch?
Niets aan de hand.
Hij is geen buschauffeur, nietwaar?
Het is niet gemakkelijk een ouder te zijn, wel?
Tom is geen student.
Dat geeft niet!
"Ik heb mijn rijbewijs niet bij me." "Geen probleem. Ik zal rijden."
Het is niet mijn schuld!
- Hij is niet mijn kozijn.
- Hij is niet mijn neef.
Zo is het niet.
Dit is onverstandig.
is dus niet alleen indrukwekkend,
Nou, niet echt.
Of niet.
Ze is niet alleen.
Maar niet allemaal.
Niet zoals de minderheid.
Mijn kanker is niet zo agressief.
Hij is open.
De schaar is niet scherp.
Dit is niet normaal.
- Ironisch, toch?
- Ironisch, nietwaar?
- Het leven is oneerlijk.
- Het leven is niet eerlijk.