Examples of using "Nerede" in a sentence and their dutch translations:
- Waar is de plee?
- Waar is de wc?
- Waar woon je?
- Waar woont gij?
- Waar woont u?
Waar is jouw tante?
- Waar is ma?
- Waar is mijn moeder?
Waar is hij?
- Waar is jouw huis?
- Waar is uw huis?
- Waar is jullie huis?
Waar is het verborgen?
Waar is de jongen?
Waar is m'n bril?
Waar zijn de douches?
Waar is de badkamer?
Waar is de hamer?
Waar is de boter?
Waar is je hoed?
Waar woon je?
- Waar is het toilet?
- Waar is de wc?
- Waar ben je geboren?
- Waar bent u geboren?
Waar heb je je reispas?
- Waar zijn jouw ooms?
- Waar zijn jullie ooms?
- Waar zijn uw ooms?
- Waar ben je geboren?
- Waar bent u geboren?
Waar zijn de reddingsboten?
- Waar zijn je ouders?
- Waar zijn jullie ouders?
Waar is hij geboren?
Waar zijn mijn foto's?
Waar zijn mijn boeken?
Waar is mijn kam?
Waar is mijn boek?
Waar is mijn paard?
- Waar woont hij?
- Waar woont ie?
Waar studeer je?
Waar is uw bevel?
Waar is de uitgang?
Waar zijn uw ogen?
- Waar zijn je spullen?
- Waar zijn jouw spullen?
- Waar zijn uw spullen?
- Waar zijn jullie spullen?
Waar is je school?
- Waar is het inlichtingenloket?
- Waar is de informatiebalie?
- Waar is de infobalie?
Waar is Parijs?
Waar is Tony?
- Waar verblijf je?
- Waar verblijft u?
- Waar verblijven jullie?
Waar werk je?
Waar is het boek?
Waar is de bank?
Waar is mijn horloge?
Waar woont gij?
Waar is de koffiewinkel?
- Waar is Mississippi?
- Waar is de Mississippi?
Waar is mijn paraplu?
Waar is jullie vader?
Waar is de bibliotheek?
Waar is de apotheek?
Waar is mijn hond?
Waar waren we gebleven?
Waar is het loket?
Waar zijn mijn boeken?
Waar is ma?
Waar is de krant?
Waar is het brood?
Waar zijn de appels?
Waar is het café?
- Waar zijn je kleren?
- Waar zijn uw kleren?
Waar zijn je ouders?
Waar is het museum?
Waar is de kat?
- Welke bewijzen heeft u?
- Waar is je bewijs?
- Waar is uw bewijs?
- Waar is jouw hond?
- Waar is je hond?
Waar is mijn vader?
Waar zijn mijn draken?
Waar is Maria?
Waar is mijn geld?
Waar is de boter?
- Waar doet het pijn?
- Waar is de pijn?
Waar is de ijsverkoper?
Waar is je koffer?
Waar is Tom?
Waar is mijn thee?
Waar is mijn telefoon?
Waar is mijn krant?
Waar is het park?
Waar zijn ze?
Waar is het ziekenhuis?
Waar is je gezin?
Waar is mijn auto?
Waar is de keuken?
Waar is uw drankje?