Translation of "Dişçiye" in Dutch

- Ben dişçiye gitmeliyim.
- Ben dişçiye gitmek zorundayım.

Ik moet naar de tandarts gaan.

O, dişçiye gitti.

Hij ging naar de tandarts.

Tom dişçiye gitti.

Tom ging naar de tandarts.

Yarın dişçiye gidiyorum.

Ik ga morgen naar de tandarts.

Ben dişçiye gittim.

Ik was bij de tandarts.

Yarın dişçiye gideceğim.

Ik zal morgen naar de tandarts gaan.

Dişçiye gitmene gerek yok.

- U hoeft niet naar de tandarts te gaan.
- Je hoeft niet naar de tandarts te gaan.

Tom dişçiye gitmeye korkuyor.

Tom is bang om naar de tandarts te gaan.

Kaç kez dişçiye gitmek zorundasın?

Hoe vaak moet je naar de tandarts?

Ben yağmurda dişçiye bisikletimle gittim.

Ik ben met mijn fiets door de regen naar de tandarts gereden.

En son ne zaman dişçiye gittiniz?

- Wanneer bent u voor het laatst bij de tandarts geweest?
- Wanneer ben je voor het laatst bij de tandarts geweest?

Sen bir çocukken ne sıklıkla dişçiye gittin?

Hoe vaak bent u als kind naar de tandarts geweest?

Hoş olmayan bir şey olacağını biliyorsan, örneğin dişçiye gideceğini, ya da Fransa'ya, öyleyse bu iyi değil.

Het is niet goed te weten dat iets onaangenaams ons zal overkomen, zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts, of aan Frankrijk.