Translation of "Noruegos" in Dutch

Prácticamente ninguno de los noruegos sobrevivió.

Vrijwel geen van de Noren heeft het overleefd.

Tom no sabe la diferencia entre vikingos y noruegos.

Tom kent het verschil niet tussen Vikingen en Noren.

Fue una catástrofe para los noruegos, pero también fue una catástrofe para los ingleses,

Het was een catastrofe voor de Noren, maar ook voor de Engelsen was het een catastrofe,

Pero era un día caluroso y los noruegos habían dejado su equipo pesado, especialmente su

Maar het was een hete dag, en de Noren hadden hun zware uitrusting, vooral hun

Lo primero que supieron los noruegos fue ver el destello de las armas que se acercaban.

het eerste wat de Noren ervan wisten, was het zien van de glinstering van wapens die naderbij kwamen.

Según la saga, los noruegos llegaron en 400 barcos y los supervivientes se fueron a casa en

Volgens de sage kwamen de Noren met 400 schepen aan en gingen de overlevenden in

Bueno, podría decirse que eso puso fin a las ideas de que Inglaterra podría ser conquistada por noruegos,

Nou, dat zou, zou je kunnen zeggen, een einde maken aan het idee dat Engeland zou kunnen worden veroverd door Noren