Examples of using "Conocer" in a sentence and their dutch translations:
Ik wil Tom graag ontmoeten.
Ik wil Tom ontmoeten.
We willen Tom leren kennen.
Ik wil Maria ontmoeten.
Hij leek de waarheid te kennen.
Wil je mijn ouders leren kennen?
Wil je Brazilië komen leren kennen?
Mijn studenten willen deze geschiedenis leren kennen.
We moeten nog alle feiten te weten komen.
Iedereen wil je ontmoeten, je bent beroemd!
- Zulke aardige mensen als jij kom je maar zelden tegen.
- Het is zeldzaam om aardige mensen zoals u te ontmoeten.
Het is heel gemakkelijk andere culturen te leren kennen via Esperanto.
Ik ging elke dag om haar omgeving beter te leren kennen.
Wil je de waarde van het geld leren kennen, dan probeer het te lenen.
Nog dieper in haar wereld kijken. Het was een mooie, rustige, heldere dag.
Het is belangrijk dat je je eigen grenzen kent.
effectief de kracht van zijn troepen openbaarde, maakte Napoleon nog woedend.
Om een mens te kennen is het genoeg een week met hem te reizen.
Mijn droom is, ooit naar Japan te reizen.
Het verleden kan men slechts kennen, niet veranderen. De toekomst kan men slechts veranderen, niet kennen.
Het is niet nodig een woordenboek uit het hoofd te leren om een taal goed te kunnen spreken.