Translation of "¡gané" in Dutch

0.004 sec.

Examples of using "¡gané" in a sentence and their dutch translations:

- ¿Yo gané?
- ¿Gané?

Heb ik gewonnen?

Gané.

Ik heb gewonnen.

Casi gané.

Ik was bijna gewonnen.

- ¡He ganado!
- ¡Gané!

Ik heb gewonnen!

Gané otra vez.

Ik won alweer.

Me gané la lotería.

Ik won de lotto.

Le gané en ajedrez.

Ik versloeg hem in het schaken.

Gané el primer premio.

Ik ben eerste geworden.

¡Sí! ¡Gané dos veces seguidas!

Ja! Ik heb twee keer op een rij gewonnen!

Yo gané la medalla de oro.

Ik won de gouden medaille.

Con esto gané mucha atención, nacionalmente y demás.

Het leverde allerlei aandacht op -- nationaal en alles.

- ¡Sí! ¡Gané dos veces seguidas!
- ¡Sí! ¡Gane dos veces seguidas!

Ja! Ik heb twee keer op een rij gewonnen!