Examples of using "Közülük" in a sentence and their dutch translations:
Wie van hen is Tom?
- Er waren er nog twee over.
- Er bleven er twee over.
Hij is er een van.
Ze zijn beiden in de kamer.
Hoeveel zijn er gestorven?
Ik heb geen van hen herkend.
Hoeveel zijn er gestorven?
We hebben vier konijnen, één ervan bijt.
Ze gingen allebei weg.
als er iets gebeurt met slechts één van die rassen
Het heelal bevat miljarden melkwegstelsels; een ervan, de Melkweg, bevat ons zonnestelsel.