Examples of using "Fel" in a sentence and their dutch translations:
Sta op!
Sta op!
- Zet je schrap.
- Zet u schrap.
Handen omhoog!
Bel ons.
Maak me wakker.
- Zet je schrap.
- Bereid je voor.
- Maak je klaar.
Sta op!
- Telefoneer mij!
- Bel me op!
Bereid je voor.
- Eet me.
- Eet me op!
- Bel me.
- Bel me op!
Handen omhoog!
Vul het op.
Sta op.
- Telefoneer mij!
- Bel me.
- Bel me op!
- Zet het op.
- Doe het aan.
Aankleden.
Bel!
Ga het uitzoeken!
Raap het op.
Laten we opstaan.
Word wakker!
Bel hem alstublieft op.
Ik geef nooit op.
- Telefoneer mij deze avond.
- Bel me vanavond.
Hij liep de trap op.
Handen omhoog!
Ik groeide op in een arbeidersgezin
...in Uruguay is uitgevonden.
Sta op!
- Ik heb bloed opgehoest.
- Ik hoestte bloed op.
Sta recht, alsjeblieft.
Kop op!
Maak me niet boos.
Waarom belde je me?
Ik ben gewapend.
- We zijn samen opgegroeid.
- We groeiden samen op.
- Word wakker, Tom.
- Wakker worden, Tom.
Waar zijn jullie opgegroeid?
zal ik hem moeten opensnijden
Ik groeide op in Boston.
Maak Tom wakker!
- Kleed je alsjeblieft aan.
- Kleed u alstublieft aan.
- Word alsjeblieft wakker.
- Word alstublieft wakker.
Bel je vader.
- Hij groeide op in Duitsland.
- Hij is opgegroeid in Duitsland.
Bel me morgen.
Bel me eens op.
- Ik zal hem even bellen.
- Ik bel hem even op.
Sta niet op.
Geef niet op!
Om hoe laat sta je op?
Wanneer ben je opgestaan?
Maak Tom wakker!
- Waarom?
- Waarvoor?
- Sta op.
- Word wakker!
- Wees realistisch!
- Waarom ben je zo vroeg opgestaan?
- Waarom zijn jullie zo vroeg opgestaan?
Ga deze trap op.
Omarm de drukte --
als hij antibiotica voorschrijft
aminozuren werden gevonden in kometen,
Dus stel jezelf de vraag,
Ik stapte in de verkeerde bus.
- Stel je vraag.
- Stel jullie vraag.
Bel me vanavond.
Alsjeblieft sta niet op.
Klop de eieren.
Neem de telefoon op.
Laat varen alle hoop!
Ik sta altijd op om zes uur.
Welke schoenen trek je aan?
Bel me vanavond.
- Laad je telefoon op.
- Laad uw telefoon op.
Ga op het paard.
Trek je pyjama aan.
Hij staat om zeven uur op.
Ik ben tegen zessen opgestaan.
Tom was verontwaardigd.
Bel mijn man.
Kook het water.
Alles staat op zijn kop.
Laat ons de kerstboom versieren.
Laat ons werken.
- Kleed je om.
- Omkleden.
- Bel me later, oké?
- Bel me later, goed?
- Trek je pyjama aan.
- Doe je pijama aan.
Geef nooit op.
Sta recht en vecht!
Wie heeft Amerika ontdekt?
Zet de muziek luider!