Translation of "Réussira" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Réussira" in a sentence and their dutch translations:

Tom réussira.

- Het zal Tom lukken.
- Tom zal slagen.

Je pense qu'il réussira.

Ik denk dat hij succes zal hebben.

Tom ne réussira pas.

- Tom zal niet succesvol zijn.
- Tom zal geen succes hebben.

Il est certain qu'il réussira.

Hij zal zeker slagen.

Je suis sûr qu'il réussira.

Ik ben zeker dat hij zal slagen.

Je suis sûr qu'il réussira l'examen.

Ik ben er zeker van dat hij zal slagen voor het examen.

Marie réussira l'examen, si elle s'y prépare bien.

Mary zal voor het examen slagen, als ze zich goed voorbereid.

Mais si on n'essaie pas, on ne réussira jamais.

Maar als je het niet probeert, slaag je nooit.

- Je suis sûr qu'il réussira.
- Je suis sûr qu'il y arrivera.

Ik ben zeker dat hij zal slagen.

- Je suis sûr qu'il réussira.
- Je suis sûre qu'il réussira.
- Je suis sûr de son succès.
- Je suis sûre de son succès.
- Je suis certaine de son succès.

Ik ben zeker dat hij zal slagen.

Vous inquiétez pas, la prochaine fois, on réussira. Ça nous servira de leçon.

Geen zorgen, de volgende keer doen we het goed. We hebben ons lesje geleerd.

- Je suis sûr qu'il va réussir l'examen.
- Je suis sûr qu'il réussira l'examen.

Ik ben er zeker van dat hij zal slagen voor het examen.