Examples of using "Pouvais" in a sentence and their dutch translations:
kon ik leren.
Ik wou dat ik het kon.
Ik kon niet slapen.
Ik kon mijn woede niet in bedwang houden.
dat ik ze op één hand kon tellen.
Ik wou dat ik meekon.
- Ik kon niets zien.
- Ik kon geen steek zien.
Ik kon hem niet horen.
Ik kon niets horen.
Ik kon mijn woede niet in bedwang houden.
Ik kon daar niet minder van nemen.
Ik kon tussen de regels lezen.
Als ik zo zou kunnen zijn...
Ik kon hem nauwelijks begrijpen.
Ik kon me niet goed houden.
Ik kon hen niets vertellen.
Ik hoorde hem net achter me door het woud breken.
Ik kon mijn woede niet in bedwang houden.
Ik kon geen hap meer eten.
Toen ik klein was, kon ik overal slapen.
Ik kon het lawaai niet meer verdragen.
Ik wist niet dat ge zo goed kondt koken.
Ik kon de kou niet verdragen.
Ik heb de kwestie in feite alleen maar mondeling kunnen doorgeven.
Ik kan mijn ogen bijna niet geloven.
Ik kon mij niet verstaanbaar maken.
Kon ik maar zoals hij zijn.
Ik heb alles gedaan wat ik kan.
En ik hoorde het de hele tijd grommen en me bijten.
Ik kon het geluid niet goed horen.
- Ik kon mijn ogen niet geloven.
- Ik kon mijn eigen ogen niet geloven.
Ik kon niet gaan omdat het regende.
Ik kon mijn oren niet geloven.
Ik wist dat ik op je kon rekenen.
Jammer dat je niet kon komen.
- Ik kon hem niet contacteren.
- Ik kon geen contact krijgen met hem.
Hij vroeg mij of ik hem een plezier kon doen.
Als ik je een spekje kon sturen, Trang, zou ik het doen.
Ik kon de toren van Tokio in de verte zien.
Vanaf het hoge duin kon ik het gehele eiland overzien.
Ik zou willen dat je wat rustiger was!
Maar ik mocht me niet van de wijs laten brengen.
Ik kon niets zien.
Ik kon niet duiden wat hij bedoelde met 'megafeps'.
Ik kon niet slapen door mijn tandpijn.
Als ik je een spekje kon sturen, Trang, zou ik het doen.
- Hij vroeg mij of ik hem een plezier kon doen.
- Hij vroeg me of ik hem een plezier kon doen.
Ik kon niet praten.
Door de warmte kon ik niet slapen.
Ik heb het gedicht zo goed vertaald als ik kon.
Ik kon hem niet horen.
Dat zou cool zijn als ik tien talen kon spreken.
Ik wist dat ik je kon vertrouwen.
doen wat ik ermee wilde, en mijn resultaten voorspellen.
Ik kon geen goede vader voor mijn zoon zijn.
Wanneer je twee jaar oud was, kon je al tot tien tellen.
Ik kon me niet verstaanbaar maken door het lawaai.
- Als ik het alfabet kon herschikken, dan zette ik nog steeds T voor U.
- Als ik het alfabet een nieuwe volgorde kon geven, zou ik de letters U en I naast elkaar zetten.
vroeg ik me af hoe ik zou kunnen helpen.
Zeven weken later kon ik een goed gesprek hebben in de taal
Want de essentie kon ik online niet zien.
Ik kon het dier zien grommen, ik hoor die grom nu nog.
Ik was gewond aan mijn been, ik kon niet meer lopen.
Zoals altijd kon ik slechts hopen dat de politie me niet zou aanhouden.
Ik mocht bellen.
Ik kon niet stoppen met huilen.
Ik kon Tom niet horen.
Stel u voor dat ge begint te hikken en niet meer kunt ophouden.