Translation of "Comprendre" in Dutch

0.011 sec.

Examples of using "Comprendre" in a sentence and their dutch translations:

- Elle voulait comprendre.
- Elle voulut comprendre.
- Elle a voulu comprendre.

Ze wilde het begrijpen.

- Fais-lui comprendre !
- Faites-lui comprendre !

Zorg dat hij het begrijpt!

Allez comprendre.

Verklaar dat maar eens.

Va comprendre !

Verklaar dat maar eens!

Pour comprendre cela,

Om te begrijpen waarom

Je pense comprendre.

- Ik denk dat ik het snap.
- Ik denk dat ik het begrijp.

- Va savoir !
- Allez comprendre.
- Va-t'en savoir !
- Va comprendre !

Verklaar dat maar eens.

- Je ne peux comprendre cela.
- Je ne peux le comprendre.
- Je ne peux pas comprendre ça.

- Ik kan het niet begrijpen.
- Ik kan het niet verstaan.

- Personne ne peut le comprendre.
- Personne n'arrive à le comprendre.

Niemand kan het verstaan.

Presque impossibles à comprendre!

bijna niet te begrijpen zijn!

Je voulais comprendre pourquoi.

Ik wilde weten waarom.

- Va savoir !
- Allez comprendre.

- Wie weet!
- Verklaar dat maar eens.

Je peux comprendre ça.

Dat kan ik begrijpen.

Je commence à comprendre.

Ik begin het te begrijpen.

Elle a voulu comprendre.

Ze wilde het begrijpen.

Tu vas vite comprendre.

- Je zult het snel begrijpen.
- Je zal het snel begrijpen.

Je peux vous comprendre.

Ik kan u begrijpen.

- Je ne peux pas te comprendre.
- Je n'arrive pas à te comprendre.
- Je ne parviens pas à vous comprendre.

Ik kan je niet verstaan.

- Je ne peux pas te comprendre.
- Je n'arrive pas à te comprendre.

Ik kan je niet verstaan.

- Tu finiras pas comprendre tout ça.
- Vous finirez par comprendre tout ceci.

U zult dit uiteindelijk helemaal begrijpen.

Mais il faut bien comprendre

Overweeg even het volgende:

Nous devons comprendre une chose :

Dit moeten we goed begrijpen.

Je ne peux le comprendre.

Ik kan het niet begrijpen.

Nous avons pu nous comprendre.

We slaagden erin elkaar te verstaan.

Personne ne peut le comprendre.

Niemand kan hem begrijpen.

- Je ne peux comprendre ses sentiments.
- Je n'arrive pas à comprendre ses sentiments.

Ik kan zijn gevoelens niet begrijpen.

- Peux-tu te faire comprendre en français ?
- Pouvez-vous vous faire comprendre en français ?

- Kan je je in het Frans verstaanbaar maken?
- Kunnen jullie je in het Frans verstaanbaar maken?
- Kan u zich verstaanbaar maken in het Frans?
- Kan jij je verstaanbaar maken in het Frans?

- Je ne suis pas sûr de comprendre.
- Je ne suis pas sûre de comprendre.

Ik weet niet zeker of ik het begrijp.

Ce n'est pas difficile à comprendre.

Het is eenvoudig te begrijpen.

Parfois, nous lisons pour comprendre l'avenir.

Soms lezen we om de toekomst te begrijpen.

Je voulais comprendre l'ensemble du problème.

Ik wilde het hele probleem begrijpen.

Alors, comment comprendre ce que c'est ?

Hoe komen we erachter wat het is?

Même un enfant peut le comprendre.

Dat is zelfs duidelijk voor een kind.

Même les enfants peuvent comprendre cela.

Zelfs een kind kan het begrijpen.

Je peux comprendre ce qu'elle dit.

Ik begrijp wat ze zegt.

C'était impossible de comprendre ses questions.

Het was onmogelijk zijn vragen te begrijpen.

Je pouvais à peine le comprendre.

Ik kon hem nauwelijks begrijpen.

Essayons de nous comprendre l'un l'autre.

Laten we proberen elkaar te verstaan.

Ce livre est difficile à comprendre.

Dit boek is moeilijk te begrijpen.

Nous pouvons tous comprendre cela à fond.

We kunnen dit rationeel allemaal wel begrijpen.

Parfois, nous lisons pour comprendre le passé.

Soms lezen we om het verleden te begrijpen.

Pour comprendre pourquoi elle suscitait tant d'intérêt.

om te begrijpen waarom het zo diep resoneerde.

Je pense que vous pouvez comprendre cela.

Je kent dit gevoel vast wel.

Il m'a fallu du temps pour comprendre.

Ik heb er lang over nagedacht.

Il est très difficile de le comprendre.

Het is heel moeilijk hem te verstaan.

Il ne pouvait pas comprendre la phrase.

Hij kon de zin niet begrijpen.

Il n'est vraiment pas aisé à comprendre.

Het is heel moeilijk hem te verstaan.

Je n'arrive pas à comprendre ses sentiments.

Ik kan zijn gevoelens niet begrijpen.

Ce livre est trop difficile à comprendre.

Dit boek is te moeilijk te begrijpen.

Peu d'étudiants pourraient comprendre ce qu'il dit.

Weinig studenten begrepen wat hij zei.

Se surprendre, s'étonner, c'est commencer à comprendre.

Verbaasd zijn, zich verwonderen, is beginnen te begrijpen.

Je ne pouvais pas me faire comprendre.

Ik kon mij niet verstaanbaar maken.

- La raison qu'il donna est difficile à comprendre.
- La raison qu'il a donnée est difficile à comprendre.

De reden die hij gaf, is moeilijk te begrijpen.

On passe la moitié de sa vie à retenir sans comprendre, et l'autre moitié à comprendre sans retenir.

Men besteedt de helft van het leven aan onthouden zonder te begrijpen, en de andere helft aan begrijpen zonder te onthouden.

- Je peux comprendre pourquoi vous ne voulez pas manger là.
- Je peux comprendre pourquoi vous ne voulez pas y manger.
- Je peux comprendre pourquoi tu ne veux pas manger là.
- Je peux comprendre pourquoi tu ne veux pas y manger.

Ik kan begrijpen waarom je daar niet wilt eten.

Et comment comprendre la vérité sur le paresseux

en dat het begrijpen van de waarheid over de luiaard

Avez-vous déjà essayé de comprendre un adolescent ?

Heb je ooit geprobeerd om een tiener te begrijpen?

Et le défi était d'essayer de le comprendre.

en de uitdaging om het uit te vogelen.

Et comprendre pourquoi de tels commentaires sont blessants

En om te begrijpen waarom opmerkingen als deze kwetsend zijn

Qui nous aidera à mieux comprendre notre planète.

ontworpen om ons onze eigen planeet beter te leren begrijpen.

Il s'agit de comprendre notre place dans l'univers.

Het gaat over het begrijpen van onze plaats in het universum.

Je n'arrive pas à comprendre son véritable objectif.

Ik begrijp niet wat zijn echte doel is.

Je peux à peine comprendre ce qu'il dit.

- Ik kan amper verstaan wat hij zegt.
- Ik kan nauwelijks begrijpen wat hij zegt.

Elle ne parvenait pas à comprendre toute l'histoire.

Ze kon niet het hele verhaal begrijpen.

Il n'est pas facile de comprendre ses idées.

Het is niet gemakkelijk om uw ideeën te begrijpen.

J'ai parlé lentement pour qu'ils puissent me comprendre.

Ik sprak traag, opdat ze me konden verstaan.

Nous devons essayer de nous comprendre l'un l'autre.

- We moeten proberen elkaar te begrijpen.
- We moeten proberen elkaar te verstaan.

Les gens doivent comprendre que le monde évolue.

Mensen moeten begrijpen dat de wereld verandert.

- Je pense comprendre.
- Je pense que je comprends.

- Ik geloof dat ik het heb verstaan.
- Ik denk dat ik het snap.
- Ik denk dat ik het begrijp.

Je ne veux rien d'autre que vous comprendre.

- Ik wil je alleen maar begrijpen.
- Ik wil niets anders dan je te begrijpen.
- Ik wil u alleen maar begrijpen.

La raison qu'il donna est difficile à comprendre.

De reden die hij gaf, is moeilijk te begrijpen.

L'anglais est trop difficile à comprendre pour moi.

Engels is voor mij te moeilijk om te begrijpen.

- Si vous parlez trop vite, je n'arriverai pas à comprendre.
- Si tu parles trop vite, je ne pourrai pas comprendre.
- Si vous parlez trop vite, je ne serai pas capable de comprendre.

Als je te snel praat, dan ben ik niet in staat het te verstaan.

Ils forment le vœu que je puisse la comprendre.

En ze willen echt dat ik die reden begrijp.