Examples of using "Classe" in a sentence and their dutch translations:
We zijn klasgenoten.
Eerste klasse, alstublieft.
In welke klas zit je zus?
Ik zit in de klas.
de klas is.
Hij is mijn klasgenoot.
Hij miste de les.
Hij rende het klaslokaal in.
- De les begint om acht uur dertig.
- De les begint om half negen.
Zij is mijn klasgenoot.
Hij heeft stijl.
Ik heb geen les vandaag.
Hou jullie klaslokaal schoon.
- Waar is het klaslokaal van Tom?
- Waar is Toms klaslokaal?
Zij is mijn klasgenoot.
Ik zit in de klas.
Een paar jongens kwamen het klaslokaal binnen.
In welke klas zit je zus?
Ik ben in de klas.
Dat zijn mijn klasgenoten.
We zijn schoolvrienden.
- Slapen in de klas is niet toegestaan.
- Slapen in de klas mag niet.
Ik was alleen in het lokaal.
De leerlingen zijn in het klaslokaal.
nog steeds het n-woord in de klas.
Dat ons opdeelt in winnaars en verliezers
Keiko zit aan de kop van haar klas.
Onze klas bestaat uit 40 jongens.
Je moet beter opletten in de klas.
Hij is de langste in zijn klas.
Het klaslokaal zat vol studenten.
Het is geen klaslokaal.
Ik classificeer zijn muziek als rockmuziek.
Tom is de beste van de klas.
- Ik zit in de klas.
- Ik ben in de klas.
Je mag in de klas geen lawaai maken.
Hoeveel jongens zijn er in deze klas?
Ik wou dat ik terug kon gaan naar de klas die dag
dus we praten niet over seks in de klas.
Mary en ik zitten in dezelfde klas.
Ik praat nooit meer tijdens de les.
Ik ben de langste van de klas.
Hij is de grootste in de klas.
Er zitten zevenentwintig leerlingen in mijn klas.
Ik ben de langste in onze klas.
Wij zijn Toms klaskameraadjes.
De nieuwe leraar is in de klas.
Moeten we onze woordenboeken morgen meenemen naar de les?
Ik was alleen in het lokaal.
Ik was alleen in het lokaal.
Heb je vrienden in je klas?
zakte de temperatuur in mijn klas.
Ze kwam voorbereid naar de les,
Bij de volgende les
Iedereen kwam op tijd in de klas.
Meer dan een student leert Frans in onze klas.
Niemand in zijn klas kan sneller lopen dan hij.
- Loop niet in de klas a.u.b.
- Niet rennen in de klas, graag.
- Alsjeblieft niet rennen in het klaslokaal.
Fatima is de oudste leerlinge van onze klas.
Er zijn 200 leerlingen in onze klas.
Elena is het grootste meisje van de klas.
Tom is de slimste jongen in onze klas.
Ze kan beter zingen dan wie ook in haar klas.
die naar onze klas was gekomen om over dat onderwerp te spreken.
Zet me niet in dezelfde klas met hen.
Niet één van mijn klasgenoten woont hier in de buurt.
Zij kan beter zingen dan wie dan ook in de klas.
Hoeveel jongens zijn er in deze klas?