Examples of using "Assis" in a sentence and their dutch translations:
- Blijf zitten!
- Blijf op uw plaats zitten!
- Blijft u zitten!
Zit stil.
Hij zat stil.
Blijf zitten alstublieft.
Tom bleef zitten.
Hij zit.
- Waarop zit je?
- Waarop zit u?
Alle kinderen zitten.
Niemand zit hier.
Ik ging zitten.
Tom zat alleen.
Iedereen bleef zitten.
De leerlingen zitten in een kring.
- Hij zat tegenover mij.
- Hij zat voor mij.
Ze zitten aan tafel.
We zaten vooraan.
Hij zit aan tafel.
Ik zat naast hem.
Waarop zit u?
Iedereen zat.
Hij zat een boek te lezen.
- We zaten recht tegenover leidinggevenden.
- We zaten recht tegenover directeuren.
- We zaten recht tegenover directieleden.
Ze zaten naast elkaar.
Hij zat wijn te drinken.
Hij zat daar twee uur te zitten.
Ik zit aan tafel.
- Hij zette zich naast haar.
- Hij ging naast haar zitten.
Hij zat op het bed.
We zaten rondom het vuur.
Tom zit aan zijn bureau.
Hij is aan de beekoever komen zitten.
Een bewaker zat met zijn benen gekruist.
- Terwijl je zit?
- Terwijl u zit?
Er zat een kat op de stoel.
De jongen zat op een stoel.
Hij ging zitten om een boek te lezen.
De kok zit in de keuken.
We gingen recht tegenover elkaar zitten.
De oude man zat helemaal alleen.
Hij ging zitten om een roman te lezen.
Ik zit thuis alleen.
Hij ging naast me zitten.
Hij zat bij de rivier.
De leerlingen zaten in een kring.
Twee kinderen zitten op een hek.
Ik heb Tom zien zitten op de derde rij.
Wij zitten om de tafel.
Ik ben op de sofa gaan zitten.
Hij zette zich naast haar.
Op een dag toen we in zijn kantoor zaten,
Toen ging Chas naast me zitten.
Blijf zitten.
Hij zat daar een pijp te roken.
Hij zit aan tafel, half in slaap.
Ik zette mij naast hem.
Ik blijf liever zitten.
Tom zit op de sofa een tijdschrift te lezen.
Ik ging zitten.
- Ik zat dicht bij John.
- Ik zat naast John.
We zaten in het midden van de kamer.
Zit daar niet maar achter je pc, 't is tijd om 'n beslissing te nemen.
Zit niet maar achter je pc, je moet een beslissing nemen.
We zaten op een bank in het park.
Die twee daar op de bank waren Amerikanen.
Blijf zitten alstublieft.
De oude man ging zitten.
U bent naast haar gaan zitten, niet?
Ze zaten op een bank in het park.