Examples of using "Crow" in a sentence and their dutch translations:
- De kraai vloog weg.
- De kraai is weggevlogen.
Kraaien pikken elkaar de ogen niet uit.
Een kraai is zo zwart als steenkool.
En het heet de Krákumál, 'The Song of the Crow'.
Tom schoot nog eens naar de kraai, en miste opnieuw.
"De Kraai en de Vos" is een van de meest beroemde fabels van La Fontaine.
- Ik heb een uitje met jou te pellen.
- Ik moet een boontje met jou schillen.
- Ik heb met jou een appeltje te schillen.