Translation of "Assignment" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Assignment" in a sentence and their dutch translations:

Have you done your assignment yet?

Heb je je opdracht al gemaakt?

Jane has been doing her assignment.

Jane heeft haar opdracht gemaakt.

When will you finish your assignment?

Wanneer zul je je opdracht afmaken?

So anytime we had a major assignment coming up,

Dus elke keer als er een grote opdracht aankwam,

Mortier carried out this assignment with tact and  diplomacy, ensuring the occupation was unopposed.  

Mortier voerde deze opdracht met tact en diplomatie uit en zorgde ervoor dat de bezetting ongehinderd bleef.