Examples of using "Your" in a sentence and their dutch translations:
- Jij bent.
- Het is jouw beurt.
Je stropdas past bij je pak.
Handen op het hoofd!
Je geld of je leven!
Je O's lijken op je A's.
Je stropdas past bij je pak.
Uw daden zijn uw monumenten.
Strik je schoenveters.
- Sluit de ogen.
- Doe je ogen dicht.
Eet smakelijk!
Heb je kameraden lief! Heb je ouders lief! Heb je vaderland lief!
Je O's lijken op je A's.
Waar is je vader?
Waar is je bagage?
Wat is jouw hoofdvak?
Hoe gaat het met je vader?
en leg je handen in je schoot.
En die stomme vriend van je
- Jij bent aan de beurt.
- Jij bent.
Heb uw naaste lief.
- Sluit de ogen.
- Doe je ogen dicht.
Pas op je hoofd!
- Eet smakelijk!
- Eet smakelijk.
- Eet je groenten op.
- Eet uw groenten op.
Maak je zakken leeg.
- Rustig maar.
- Bijt op je tong.
- Bijt op uw tong.
Let op je tong!
Heb uw naaste lief.
- Doe uw veiligheidsgordels om.
- Doe je veiligheidsgordels om.
- Doe je mond open.
- Mondje open!
Poets je tanden.
Het is jouw verantwoordelijkheid.
Geniet van je vakantie.
Droog je tranen.
Drink je melk.
Beproef je geluk!
Handen op het hoofd!
Houd je mond.
Eet smakelijk!
Je onzekerheid komt door je geloof.
- Jij bent aan de beurt.
- Jij bent.
- Het is jouw beurt.
Doe jullie best!
- Let op je vingers!
- Pas op je vingers!
Handen op het hoofd!
Been omhoog!
Je vrienden zullen je afwezigheid betreuren.
- Knip jouw nagels.
- Knip je nagels.
Droog je tranen.
Let op je woorden!
Is uw school ver van uw huis?
- Wat doe je van beroep?
- Wat doet u van beroep?
- Wat is uw baan?
- Wat is jullie baan?
Zet je hoed af.
Doe je best.
- Neem uw hoed af.
- Zet je hoed af.
- Doe je hoed af.
- Je vrienden zullen je missen.
- Je vrienden zullen je afwezigheid betreuren.
- Gooi je wapen weg!
- Laat je wapen vallen!
- Gooi je wapen neer!
- Wapen neer!
- Laat je pistool vallen!
Wie is jouw vriendin?
- Jij bent aan de beurt.
- Jij bent.
Wapen neer!
Hoe gaat het met je vrouw?
- Hoe heet je?
- Wat is je naam?
Is dit jouw fiets?
Je kont.
Jij bepaalt.
- Uw beurt.
- Jullie beurt.
jullie geest en hart te openen
- Waar is jouw huis?
- Waar is uw huis?
- Waar is jullie huis?
Hoe gaat het met jullie moeder?
Drink je melk op.
- Wanneer is het jouw verjaardag?
- Wanneer is je verjaardag?