Translation of "Test" in Spanish

- Ik vond de test lastig.
- Ik vond de test moeilijk.

Encontré difícil la prueba.

Heb je de test niet gehaald?

- ¿No aprobaste el examen?
- ¿No pasaste la prueba?

Eind deze week is er een test."

Tendrán un examen a finales de semana."

Uiteindelijk ben ik geslaagd in de test.

Al fin pasé la prueba.

Mevrouw Klein geeft elke vrijdag een test.

La señora Klein entrega un test cada viernes.

We spraken over de test van gisteren.

Nosotros hablamos de la prueba de ayer.

We deden een test daar in 120 geboortecentra,

e hicimos una prueba allí en 120 centros de maternidad,

Heeft Paula voor de test van vandaag gestudeerd?

¿Paula estudió para la prueba de hoy?

De volgende personen werden aan de test onderworpen.

Las siguientes personas fueron sometidas a la prueba.

Een DNA-test bewees dat hij onschuldig was.

Un test de ADN probó su inocencia.

Een DNA-test toonde aan dat hij onschuldig was.

Una prueba de ADN mostró que era inocente.

Een DNA-test toonde aan dat ze onschuldig was.

Una prueba de ADN mostró que era inocente.

En in 2010 heb ik op een test Frans valsgespeeld.

Y en 2010, hice trampa en un examen de francés.