Translation of "Geeft" in Spanish

0.048 sec.

Examples of using "Geeft" in a sentence and their spanish translations:

Nacht geeft raad.

La noche trae consejo.

Ervaring geeft zekerheid.

La experiencia da certeza.

Tom geeft erom.

- Tom se preocupa.
- A Tom le importa.

Tom geeft les.

Tom enseña.

Het geeft niet!

¡No pasa nada!

Maria geeft yogalessen.

Mary enseña yoga.

- Tom geeft Frans les.
- Tom geeft les in Frans.

Tom enseña francés.

Vader geeft bloemen water.

Mi padre riega las flores.

Hij geeft les Engels.

- Él enseña inglés.
- Él da clases de inglés.

Koffie geeft je energie!

¡El café te da energía!

Hij geeft zelden op.

Casi nunca se rinde.

Geeft u alles aan.

Declaren todo.

Het geeft de bezettoon.

La línea está ocupada.

De parasol geeft schaduw.

La sombrilla da sombra.

- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeautjes.
- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeaus.

Él casi nunca le hace regalos a su esposa.

Tom geeft les in sportpsychologie.

Tom da clases de psicología del deporte.

Hij geeft handvaardigheidsles op school.

Él enseña artes y oficios en una escuela.

De koe geeft ons melk.

La vaca nos da leche.

Niemand geeft er iets om.

A nadie le importa.

Je geeft te gemakkelijk op.

- Te rindes con demasiada facilidad.
- Se rinden con demasiada facilidad.

Geweldig. Niemand geeft me iets.

Genial. Nadie me da nada.

Betty geeft de bloemen water.

Betty está regando las flores.

Hij geeft niet om ijs.

No le gusta el helado.

- Er kraait geen haan naar.
- Daar geeft niemand om.
- Niemand geeft er om.

A nadie le importa.

geeft ons heel wat interessante mogelijkheden.

levanta muchas posibilidades realmente interesantes.

Dit ding geeft niet mee. Man.

Vaya, esta cosa no se mueve.  ¡Cielos!

Het geeft je een beetje houvast.

Solo necesito algo de tracción.

Creatief Europa geeft 2,4 miljard dollar

"Europa creativa" dará USD 2400 millones

Kunst geeft betekenis aan het leven.

Las artes le dan sentido a la vida.

...geeft de nacht dieren bijzondere uitdagingen...

la noche presenta a los animales oportunidades y desafíos

...geeft de nacht dieren uitzonderlijke uitdagingen...

la noche presenta a los animales oportunidades y desafíos

Afbraak geeft kooldioxide in de atmosfeer,

Verán, la descomposición libera dióxido de carbono a la atmósfera,

De moeder geeft haar dochtertje melk.

La madre le está dando leche a su hijita.

Dat woord geeft mijn gevoelens weer.

Esa palabra expresa mis sentimientos.

Mijn horloge geeft de datum aan.

Mi reloj da la fecha.

De heuvel geeft een goed uitzicht.

La colina proporciona una buena vista.

Tom geeft Franse les in Boston.

Tom enseña francés en Boston.

- Je geeft Arabisch.
- Je leert Arabisch.

Enseñas árabe.

Hij geeft vlees aan de hond.

Él le da carne al perro.

Hoeveel geeft hij uit per maand?

- ¿Cuánto gasta al mes?
- ¿Cuánto gasta él al mes?

Onze koe geeft ons geen melk.

Nuestra vaca no da nada de leche.

- Mijn beste vriend geeft me altijd goede raad.
- Mijn beste vriendin geeft me altijd goede raad.

Mi mejor amigo siempre me da buenos consejos.

Samen geeft dat een blauwdruk van mogelijkheden.

Juntos constituyen un plan de posibilidades.

Mevrouw Klein geeft elke vrijdag een test.

La señora Klein entrega un test cada viernes.

Hij geeft altijd geschenken aan zijn vrouw.

Él siempre le da regalos a su esposa.

Deze bloem geeft een sterke geur af.

Esta flor despide un fuerte aroma.

Julia geeft een kus aan haar dochter.

Julia le da un beso a su hija.

Het geeft niet; we kunnen u helpen.

No pasa nada; podemos ayudarle.

Ze geeft toe het geheim te kennen.

Ella admite saber el secreto.

Simina geeft veel geld uit aan sigaretten.

Simina gasta mucho dinero en cigarrillos.

De professor geeft les in Engelse conversatie.

El profesor enseña conversación en inglés.

- Dat geeft niets.
- Het is niet belangrijk.

- No es importante.
- No importa.

- Dat is niet belangrijk.
- Dat geeft niets.

- Eso no importa.
- No importa.

Geeft u me een kopje koffie, alstublieft?

¿Me da una taza de café?

Liefde heeft geen kleur, liefde geeft kleur.

El amor no posee color, el amor da color.

Deze deur geeft op de tuin uit.

Esta puerta permite acceder al jardín.

Werk en vermaak zijn beide nodig voor de gezondheid; het ene geeft ons rust, het andere geeft energie.

Ambos trabajo y la diversión son necesarias para la buena salud; una nos da reposo y la otra energía.

Jij geeft leiding aan deze tocht. Jij bepaalt.

Ustedes están a cargo y deciden.

Ze geeft je ook iets om te volgen.

Pero también nos da algo que seguir.

Het onderwijs geeft meer opties, aanpassingsvermogen en kracht.

La educación puede significar opciones, adaptabilidad, fuerza.

geeft hem zijn zwaard om trouw te zweren.

le da su espada para jurar lealtad.

En misschien geeft het je wel wat octopusvreugde.

Y tal vez eso le provoca una extraña alegría.

Hij geeft haar alles waar zij om vraagt.

Él le da todo lo que pide.

Mijn beste vriendin geeft me altijd goede raad.

Mi amigo íntimo siempre me da buenos consejos.

Je geeft het niet zo gemakkelijk op, nietwaar?

No te rindes tan fácil, ¿verdad?

Ze geeft evenveel uit als ze binnen krijgt.

Ella gasta tanto como gana.

Jean-Luc geeft Beverly het boek van Shakespeare.

Jean-Luc le da a Beverly el libro de Shakespeare.

Ik wil degene zijn die het minste geeft.

Quiero ser el que menos regale.

De eerste indruk die je geeft is negatief.

La primera impresión que das es negativa.

- Dit verandert de zaken.
- Dit geeft een ommekeer.

Esto cambia las cosas.

Dus welke snack denk je... ...geeft ons een boost?

¿Qué bocadillo creen que sea mejor?

Het geeft niet veel energie maar wel een beetje.

No me va a dar mucha energía, pero sí algo.

Een stad die onderdak geeft aan 7 miljoen mensen.

una ciudad que alberga a 7 millones de personas.

Zijn uitspraak geeft aan dat hij een buitenlander is.

Su acento da a suponer que él es un extranjero.