Translation of "Boston" in Spanish

0.014 sec.

Examples of using "Boston" in a sentence and their spanish translations:

- Hij kwam uit Boston.
- Ik kom uit Boston.

Soy de Boston.

Welkom in Boston.

- Bienvenida a Boston.
- Bienvenidas a Boston.
- Bienvenido a Boston.
- Bienvenidos a Boston.

Mist u Boston?

- ¿Añoras Boston?
- ¿Extrañas Boston?

Ik mis Boston.

Yo extraño Boston.

Waar ligt Boston?

¿Dónde está Boston?

Ik haatte Boston.

Me disgustaba Boston.

Ik haat Boston.

Yo odio Boston.

- Je komt uit Boston, nietwaar?
- U komt uit Boston, nietwaar?
- Jullie komen uit Boston, nietwaar?

Eres de Boston, ¿verdad?

- Tom is verhuisd naar Boston.
- Tom is naar Boston verhuisd.

Tom se ha mudado a Boston.

Tom woont in Boston.

Tom vive en Boston.

Tom werkt in Boston.

Tom trabaja en Boston.

Tom komt uit Boston.

Tom viene de Boston.

Ik woon in Boston.

- Vivo en Boston.
- Estoy viviendo en Boston.

Ik moet naar Boston.

Tengo que ir a Boston.

Ben je in Boston?

- ¿Estás en Boston?
- ¿Están en Boston?
- ¿Está usted en Boston?
- ¿Está en Boston?

Is Boston ver weg?

¿Está muy lejos Boston?

Ik woonde in Boston.

Viví en Boston.

Sneeuwt het in Boston?

¿Acaso nieva en Boston?

Vind je Boston leuk?

¿Te gusta Boston?

Vond je Boston leuk?

¿Te gustó Boston?

Ik was in Boston.

Estuve en Boston.

Ik kom uit Boston.

Vengo de Boston.

Ik heb Boston bezocht.

Visité Boston.

Ik ben in Boston.

Estoy en Boston.

We waren in Boston.

Estuvimos en Boston.

We gingen naar Boston.

Fuimos a Boston.

Woont Tom in Boston?

¿Tom vive en Boston?

- Waarom wil je naar Boston gaan?
- Waarom wilt u naar Boston?

¿Por qué quieres ir a Boston?

- Heb je een kaart van Boston?
- Hebben jullie een kaart van Boston?

- ¿Tienes un mapa de Boston?
- ¿Tenéis un mapa de Boston?

- Tom kwam vannacht in Boston aan.
- Tom kwam gisterenavond in Boston aan.

Tom llegó a Boston anoche.

Tom weet niets over Boston.

- Tom no sabe nada de Boston.
- Tom no sabe nada acerca de Boston.

Tom is al in Boston.

Tom ya está en Boston.

Ik wil Boston niet verlaten.

- No quiero irme de Boston.
- No me quiero ir de Boston.

Ik wil in Boston wonen.

Quiero vivir en Boston.

Tom gaat vaak naar Boston.

Tom va a Boston con frecuencia.

Ik groeide op in Boston.

Yo crecí en Boston.

Ik moet terug naar Boston.

Necesito regresar a Boston.

Ik woon niet in Boston.

No vivo en Boston.

Ik woon nu in Boston.

Ahora vivo en Boston.

Ik woon ook in Boston.

Yo también vivo en Boston.

Tom wou in Boston wonen.

Tom quería vivir en Boston.

Tom is nu in Boston.

Tom está en Boston ahora.

Ik wil weg uit Boston.

Quiero irme de Boston.

Hoe gaat het in Boston?

¿Cómo andan las cosas en Boston?

Ben je naar Boston gegaan?

¿Fuiste a Boston?

Boston is een geweldige stad.

Boston es una ciudad estupenda.

Mijn broertje woont in Boston.

- Mi hermano pequeño vive en Boston.
- Mi hermano menor está viviendo en Boston.

Ik woon momenteel in Boston.

Actualmente vivo en Boston.

Boston is een grote stad.

Boston es una ciudad grande.

Ik kom niet uit Boston.

No soy de Boston.

Ben je in Boston opgegroeid?

- ¿Te criaste en Boston?
- ¿Creciste en Boston?
- ¿Se crió en Boston?
- ¿Creció en Boston?

Mijn vriendin komt uit Boston.

Mi novia es de Boston.

Willen jullie in Boston wonen?

¿Queréis vivir en Boston?

Op welk perron naar Boston?

¿De qué andén sale el tren para Boston?

Toms familie woont in Boston.

La familia de Tom vive en Boston.

Tom is in Boston geboren.

Tom nació en Boston.

Tom woonde vroeger in Boston.

- Tom vivía antes en Boston.
- Tom solía vivir en Boston.

Tom is teruggekeerd uit Boston.

Tom ha vuelto de Boston.

Tom groeide op in Boston.

Tom creció en Boston.

Tom belde me vanuit Boston.

Tom me llamó desde Boston.

Tom bezocht Maria in Boston.

Tom visitó a Mary en Boston.

- Ik heb veel vrienden in Boston.
- Ik heb een hoop vrienden in Boston.

Tengo muchos amigos en Boston.

- Ik wil dat u naar Boston gaat.
- Ik wil dat je naar Boston gaat.

Quiero que vayas a Boston.

Ik was een vreemdeling in Boston.

Yo era un extraño en Boston.

Is er een dierentuin in Boston?

¿Hay un zoológico en Boston?

Tom kwam vannacht in Boston aan.

Tom llegó a Boston anoche.