Translation of "Voorspellen" in English

Zij voorspellen regen.

They're predicting rain.

Donkere wolken voorspellen regen.

Dark clouds are a sign of rain.

Ze kan de toekomst voorspellen.

- She can predict the future.
- She can foretell the future.

Die donkere wolken voorspellen regen.

Those dark clouds foretell rain.

Dit had niemand kunnen voorspellen.

- No one could've predicted this.
- No one could have predicted this.

Het is onmogelijk om aardbevingen te voorspellen.

It's impossible to predict earthquakes.

...kunnen we niet voorspellen wat hun toekomst brengt.

it is impossible to predict what their future holds.

Maar wetenschappers voorspellen dat dat nummer omhoog gaat

But scientists expect that number to go up.

Doen wat ik ermee wilde, en mijn resultaten voorspellen.

I could do whatever I want with it, and I could predict my results.

Is het echt mogelijk om een ​​aardbeving te voorspellen?

Is it really possible to predict an earthquake?

Ze met 70% nauwkeurigheid hun seksuele oriëntatie konden voorspellen.

they could predict with 70% accuracy their sexual orientation.

Tom beweert dat hij de toekomst nauwkeurig kan voorspellen.

Tom claims he can accurately predict the future.

Tom zei tegen Maria dat hij de toekomst kon voorspellen.

Tom told Mary that he could predict the future.

We voorspellen dat de kerstverkoop beter zal zijn dan verwacht.

We predict that Christmas sales will be better than expected.

We kunnen tot op zekere hoogte voorspellen wat er aan gaat komen

and we can see what's coming, at least to a certain extent.