Examples of using "Спорт" in a sentence and their dutch translations:
Hou je van sport?
Hou je van sport?
Hij haat sport.
Ik hou van sport.
Hij houdt van sport.
Sport is moord.
Sport is moord.
Mijn favoriete sport is voetbal.
- Ik geef niet om sport.
- Ik heb het niet zo met sport.
Sport kent geen grenzen.
- Sommige mensen houden van sport, andere niet.
- Sommige mensen houden van sport, anderen niet.
En dit is het nieuwe sportcentrum,
Sporten is goed voor je lichamelijke conditie.
Hij houdt niet van sport, en ik ook niet.
Hij houdt van sport en ook van studeren.
Sommige mensen houden van sport, andere niet.
- Sommige mensen houden van sport, andere niet.
- Sommige mensen houden van sport, anderen niet.
Ik kan niet geloven dat je naar sport kijkt.
Hij houdt niet alleen van muziek maar ook van sport.
Mijn favoriete sport is voetbal.