Examples of using "Sobre" in a sentence and their dutch translations:
- Ze hadden het over politiek.
- Zij spraken over politiek.
- Ik zal erover nadenken.
- Ik denk er wel over na.
- Ik zal er wel over nadenken.
Waarover?
Laten we erover praten.
Ik heb over muziek gesproken.
Ik weet veel over jou.
We kunnen erover praten.
- We hadden het over Australië.
- We praatten over Australië.
Hij praatte over haar ziekte.
Hij praatte over haar ziekte.
- Ik weet veel over milieuproblemen.
- Ik weet veel over ecologische problemen.
Ik heb een boek over visvangst.
Daarover zou je gelijk kunnen hebben.
En daar dacht ik over na,
We hebben de politiek bediscussieerd.
Vertel me over hem.
Laten we erover praten.
Ik heb van die lafaard gewonnen.
- Heeft u over mij gesproken?
- Heb je over mij gesproken?
Ik hou van dierengrappen.
Ik ben over u aan het schrijven.
Ik heb het over mijn vriend.
Iedereen heeft het erover.
Ik weet niks over aardappels.
Daar praten we niet echt over.
Laten we dat probleem later bespreken.
Ik wil er niet meer over praten.
Zij lagen op het gras.
Dit is een boek over Engeland.
Ik dacht over veel dingen na,
Ik praat er liever niet over.
Waar heb je nog meer over gelogen?
Fabre schreef boeken over insecten.
Je weet tamelijk veel over sumo-worstelen.
Waarover?
- Denk aan je toekomst.
- Denk aan jullie toekomst.
- Denk aan uw toekomst.
Dit boek gaat over sterren.
Kunnen we het hier later over hebben?
Weet je veel over kunst?
Jullie weten alles over mij.
Wat wordt het?
Ze liggen op tafel.
Ik hou van dierengrappen.
Ik heb over je gepraat.
Tom sprak er nooit over.
Zij heeft iets mysterieus.
Hij weet veel over vlinders.
Ik heb het over een leeuw.
Ik kan hier niet over praten.
Ik wil niet over hem horen.
Weet je iets over haar?
Tom weet alles van hen.
Jezus liep op water.
Ik zal daarover nadenken.
- We wandelden op het duin.
- We hebben op het duin gewandeld.
Leg het op tafel.
We kunnen er morgen over praten.
De meisjes praatten over astronomie.
Wat weet u over deze plek?
Hij legde het boek op tafel.
Ik lees een boek over dieren.
Ik weet niets over Japan.
Ik heb het over een leeuw.
Ik sprak met Maria over mijn gevoelens.
Ik zal je over mijn vader vertellen.
- Op tafel lag een blauw schrift.
- Er lag een blauw schrift op de tafel.
Vertel ons iets over je verleden!
We gooien dit... ...over een tak.
ons kunnen vertellen over de 'Viking-mentaliteit'.
Op de tafel ligt een meloen.
- Heb je geen nieuws gehoord?
- Heeft u geen nieuws gehoord?
- Hebben jullie geen nieuws gehoord?
Ik heb over muziek gesproken.
Je horloge ligt op het bureau.