Translation of "Nasceram" in Dutch

0.002 sec.

Examples of using "Nasceram" in a sentence and their dutch translations:

- Eles nasceram na Tailândia.
- Elas nasceram na Tailândia.

Zij waren geboren in Thailand.

Onde é que eles nasceram?

Waar zijn zij geboren?

Meus filhos nasceram em Boston.

Mijn kinderen zijn geboren in Boston.

Os filhos dela nasceram na Alemanha?

Zijn haar kinderen in Duitsland geboren?

- Quando você nasceu?
- Quando vocês nasceram?

- Wanneer bent u geboren?
- Wanneer ben je geboren?
- Wanneer zijn jullie geboren?

Tanto Tom quanto Maria nasceram em Boston.

Tom en Maria zijn allebei in Boston geboren.

Os irmãos nasceram com 12 anos de diferença.

De broers waren twaalf jaar na elkaar geboren.

- Onde você nasceu?
- Você nasceu onde?
- Onde vocês nasceram?

- Waar ben je geboren?
- Waar bent u geboren?