Examples of using "Tizenkét" in a sentence and their dutch translations:
- Het is middag.
- Het is twaalf uur.
Hij heeft twaalf kinderen.
Hij heeft twaalf zoons.
Ik ben twaalf jaar oud.
Hij heeft twaalf kinderen.
Een jaar heeft twaalf maanden.
"Hoe oud is ze?" "Ze is twaalf jaar oud."
Ik heb twaalf uur in de trein doorgebracht.
Januari, februari, maart, april, mei, juni, juli, augustus, september, oktober, november en december zijn de twaalf maanden van het jaar.
De twaalf dieren van de Chinese dierenriem komen van elf diersoorten die in de natuur voorkomen, met name de rat, os, tijger, konijn, slang, paard, aap, haan, hond en varken, en ook de legendarische draak; ze worden als kalender gebruikt.