Examples of using "Gereist" in a sentence and their dutch translations:
Ze heeft afgelopen maand een reis naar Europa gemaakt.
- Ik reisde alleen.
- Ik ben alleen op reis geweest.
- We reisden samen.
- We zijn samen op reis gegaan.
- We hebben samen gereisd.
- Heeft u al eens met een vliegtuig gereisd?
- Heb je al eens met het vliegtuig gereisd?