Examples of using "Chopin" in a sentence and their dutch translations:
Ik speel Chopin.
Speel Chopin voor me.
Ik kan Chopin spelen.
Hij is de Chopin van onze tijd.
Tom is een grote fan van Chopin.
Frederik Chopin komponeerde zijn eerste werk toen hij zeven jaar oud was.
Chopin zit aan de piano en begint te spelen.