Examples of using "Vu " in a sentence and their dutch translations:
- Ik zag het.
- Ik zag dat.
- Ik zag.
- Ik heb het gezien.
Wat heb je gezien?
- Ik zag het.
- Ik heb het gezien.
Heb je het gezien?
- Heb je dat gezien?
- Heeft u dat gezien?
- Hebben jullie dat gezien?
Goed gedacht!
Ik heb niets gezien.
Ik heb hem gezien.
- Dit is nog niks.
- Dit is nog maar het begin.
- Ik heb de hond gezien.
- Ik zag de hond.
- Hij heeft hem ook gezien.
- Hij heeft het ook gezien.
- Hij heeft haar ook gezien.
Ik heb hem zien rennen.
Heb je me zien dansen?
- Heb je mijn pluim gezien?
- Heb je mijn pen gezien?
Zie je dat?
Ik heb hem gezien.
- Ik zag het.
- Ik zag dat.
Ik heb hem gezien.
Ik heb Dana gezien.
We hebben hem gezien.
Iemand heeft je gezien.
Heb je hem gezien?
- Wat heb je gezien?
- Wat zag je?
Heb je hem gezien?
Ik heb hem gezien.
Heb je dit al eens gezien?
Ik heb hem zien rennen.
Ik heb vandaag een ster gezien.
Ik heb vandaag een ster gezien.
- Welke film hebben jullie gekeken?
- Welke film heb je gezien?
- Ge hebt hem niet gezien.
- Je hebt hem niet gezien.
Hebt u deze man gezien?
- Ik heb vandaag een ster gezien.
- Ik heb vandaag een spreeuw gezien.
Ik heb vandaag een ster gezien.
Heb je m'n zus gezien?
Heb je deze video gezien?
Ik heb vandaag een ster gezien.
Ik zag er net één.
Welke film heb je gezien?
Kijk eens.
Een zelden geziene moordenaar...
Ik zag de haai.
Dat zien ontwikkelen...
We zagen niets.
Ik heb hem zien rennen.
- Ik zag haar zwemmen.
- Ik zag hem zwemmen.
- Ik heb het zien zwemmen.
Ik heb de man zien springen.
Hebt ge hem zien buitengaan?
Ik heb jou gisteren gezien.
- Ik zag een vliegtuig.
- Ik heb een vliegtuig gezien.
- Heb je het gezien?
- Heb je dat gezien?
Hij zag niets.
Ze heeft hem zien glimlachen.
Wie heb je gezien?
Ik heb niemand gezien.
Niemand heeft iets gezien.
Ik zag vijf mannen.
Je hebt niets gezien.
Ik heb hem zien rennen.
- Ik heb een muis gezien!
- Ik zag een muis!
Ik heb het gevecht gezien.
- Ik heb uw vader gezien.
- Ik heb je vader gezien.
- Ik heb jullie vader gezien.
Tom heeft niets gezien.
Heb je dit al eens gezien?
Ik heb veel erger gezien.
Tom zag Maria.
- Ik zag Tom naakt.
- Ik heb Tom naakt gezien.