Examples of using "T'as" in a sentence and their dutch translations:
Heb je het gesnapt?
Ben je bang?
- Je ziet er boos uit.
- Je lijkt boos te zijn.
Ben je je tong verloren?
Hebt u de sleutels nodig?
Heb je geen pen?
Nou, je zou gelijk kunnen hebben.
Bent u bang?
Heb je nooit les of zo?
- Je hebt het verkloot.
- Jullie hebben het verkloot.
- Je hebt het verpest.
- Jullie hebben het verpest.
- Wie heeft u dat geleerd?
- Wie heeft je dat geleerd?
Je hebt echt de verkeerde prioriteiten.
Heb je de afstandsbediening?
Heb je kauwgom?
Wat?! Je hebt mijn chocolade beer opgegeten?!
Snap je het?
Ge hebt geen ongelijk.
- Ge ziet er dom uit.
- Je ziet er dom uit.
- Waar woon je?
- Waar woont gij?
Is dat alles wat je gekocht hebt?
Heb je een probleem?
- Snap je het?
- Verstaan?
- Begrepen?
- Heb je het begrepen?
- Heb je het gesnapt?
- Snappen jullie?
Je hebt wallen onder je ogen.
- Ik kan het niet ontkennen. Je bent stijlvol.
- Ik kan het niet ontkennen. U bent stijlvol.
Ben je doof?
- Er zit een gat in jouw sok.
- Er zit een gat in je sok.
Je hebt wallen onder je ogen.
- Dit is nog niks.
- Dit is nog maar het begin.
Heb je de sleutels nodig?
Je ziet er dom uit.
Wat heeft Tom je met Kerst gegeven?
- Heb je de sleutels nodig?
- Hebt u de sleutels nodig?
Bofkont!
Heb je een probleem met mij?
Je hebt alles verpest.
Wat is er mis met jullie?
Is dat alles wat je gekocht hebt?
Wat?! Je hebt mijn chocolade beer opgegeten?!
- Waar woon je?
- Waar woont gij?
Het is je gelukt!
- Wat bracht je ertoe om je tot de islam te bekeren?
- Wat bracht u ertoe om u tot de islam te bekeren?
- Er zit zeker een vijs los?
- Ge zijt niet goed wijs.
- Ge hebt ze niet alle vijf.
- Ge zijt niet wel wijs.
- Jij zot!
- Heb je de sleutels nodig?
- Hebt u de sleutels nodig?
- Waar woon je?
- Waar woont gij?
- Waar woont u?
- Heb je een probleem?
- Hebt u een probleem?
Bent u bang?
- Wat is er mis met je?
- Wat is er mis met u?
- Wat is er mis met jullie?
- Wat mankeert jou?
- Wat is jouw probleem?
Een zwaarlijvige man zit op de bank. Hij kreeg een anonieme brief, waarin stond: "Hé dikzak! Ooit gehoord van afvallen?!" Niemand weet dat hij last heeft van een stofwisselingsziekte.
- Waar woon je?
- Waar woont gij?
- Waar wonen jullie?
- Waar woont u?
- Heb je gekozen?
- Heb je een keuze gemaakt?